Welkom Inhoud Inleiding Andere tractie Spoorwijdte Producenten Import & handel Eigenaars Materieel Links Contact ► Nieuw ◄ ► Zoeken ◄

Stoomtractie smalspoor

Stoomtractie normaalspoor

Motortractie smalspoor

Motortractie normaalspoor

Boeken

Aanvullingen

Tijdschriften

Raadsels

Loctypes

Modellen

Aanvullingen op het boek “Industrielocomotieven” van Henk Kolkman: Hoofdstuk 9.10 laatste wijziging: 16 oktober 2015

Provincie Zeeland

← Provincie Zuid Holland

Provincie Noord Brabant →

p. 215 Vlissingen Oost Hoechst -sinds 1999 Thermphos- is op 21-11-2012 failliet verklaard, waarna het bedrijf geleidelijk is stil gelegd. Zie elders op deze website voor het spoorbedrijf.

p. 217 Vlissingen Oost Pechiney, sinds 2007 Zeeland Aluminium Company NV (ZALCO) en als Zalco eind 2011 failliet gegaan.

← Het Franse Pechiney gebruikte van 1970 tot 2005 een tweeassige loc van het type BN32E van de Franse fabrikant Moyse. De laatste jaren was de loc geleased, eerst van de firma FMS en toen van Brambles: Bij de overgang naar weer een andere leasemaatschappij –Barloworld – werd besloten de loc door een Unimog te vervangen. De Moyse belandde bij Gevelco (Rotterdam Rozenburg).

← Rechts staan wagens met extrusiepalen, die aan Railion overgegeven zullen worden. Typisch Frans zijn de buffers met een gat. Van de twee schoorstenen is er slechts één in gebruik. De andere is om cosmetische redenen geplaatst. Waarschijnlijk leverde Moyse de locs slechts in één kleur. In elk geval waren de vijf nieuw naar Nederland geleverde locs geel. Het seinbeeld van de verlichting is merkwaardig en doet vermoeden dat er wat draden verkeerd zijn aangesloten (aan de andere kant waren twee witte lichten te zien).

De klanten konden uit verschillende dieselmotoren kiezen. Pechiney koos natuurlijk voor een Frans merk. ← De originele dieselmotor van het aloude Franse merk Berliet dreef via een generator één elektromotor aan. Die was verbonden met een centrale as, vanwaar kettingen naar de wielassen liepen. Het ging om Moyse fabrieksnummer 1178 met bouwjaar 1970. De Moyse van Philips in Acht was van hetzelfde type, maar had een Deutz dieselmotor.

← Zeer kenmerkend voor het Franse merk Moyse was het gebruik van kettingen als eindaandrijving. Terwijl andere fabrikanten – toen ze nog kettingen gebruikten – vaak duplex kettingen toepasten, gaf Moyse de voorkeur aan simplex kettingen. Op de foto is te zien dat ketting en kettingwiel niet afgeschermd zijn. Zand, ballast, etc. hebben vrij toegang. Alle foto’s zijn gemaakt op 25 maart 2005.

p. 218 Terneuzen ICL-IP Dit bedrijf (voorheen Broomchemie) in Terneuzen heeft eind 2013 de enige verhuurloc van Railcar Service Kuijpers in Bergen op Zoom – ex DB-Köf III 332 101– gekocht [1]. Klik voor een foto. Vanaf 2018 is - in plaats van de Köf - O&K fabrieksnummer 26188 (1962) van het type MV6b van Railpark Roosendaal gehuurd.

p. 218 Terneuzen Dow

← In 1986 bestond Dow in Terneuzen 25 jaar. Daarom organiseerde de personeelsvereniging een treinrit van Terneuzen naar Sas van Gent. Trekkracht was de drieassige Moyse uit 1975 van Dow. Bron foto’s: personeelsvereniging Dow (met dank aan Chris Aarts) Twee jaar later werd deze loc vervangen door de tweeassige MaK op de foto hieronder. Het is niet bekend wat er met de Moyse is gebeurd. .

← De uitlaten bovenop het dak doen nogal afbreuk aan het elegante uiterlijk van de loc. Het Moyse fabrieksnummer 3556 is duidelijk onder de achterste motorhuif te zien. Moyse nummerde – net als bijvoorbeeld MaK – de locs niet doorlopend, maar per type. Voor het type CN begon de nummering bij 3501. Overigens was de volledige type-aanduiding CN60EE500D: C: drie assen N: normaalspoor 60: gewicht in ton EE: twee elektromotoren 500: motorvermogen in pk D: Deutz dieselmotor Klik hier voor een tekening van het Moyse type CN.

Dow in Terneuzen heeft een MaK met fabrieksnummer 220116 (1988) van het MaK type G321B. ← De Mak van Dow in Terneuzen, foto Henk van Verseveld, 28-12-2009 De loc kan op afstand bestuurd worden, maar er wordt gewoon met een machinist en een rangeerder gewerkt. Het werken met afstandsbediening heeft naast voordelen (het uitsparen van een rangeerder) ook nadelen. Die worden in dit boek behandeld. De MaK werd begin 2010 door DSP in Tilburg gerepareerd. Onderstaande Orenstein & Koppel van het type MB11 (O&K 27720 uit 1971) werd al eerder door DSP onderhanden genomen. Op 12-02-2008 was de O&K van Dow bij Railion Terneuzen neergezet voor herstel van de Voith bak; foto Henk van Verseveld ↓

Dow in Terneuzen heeft anno 2014 nog meer tractie voertuigen: - Een rangeerrobot van Translok (fabrieksnummer 192 uit 2002); - Een Bemo loc van het type BRD130 (fabrieksnummer 222 uit 2012), als opvolger van de O&K. Foto: Bemo website →

p. 218 Terneuzen Oiltanking In Railmagazine 258 (oktober 2008) wordt op pp. 40-44 het nieuwe Valuepark bij de Braakmanhaven behandeld. De twee spooraansluitingen worden door een loc van het naburige Dow bediend. De aansluiting van containerterminal Bertschi heeft geen tractievoertuig. Oiltanking heeft een UCA rail/weg-voertuig ; zie de foto hieronder. ↓ Oiltanking, Braakmanhaven bij Terneuzen, 29-10-2009 ↓

p. 218/219 Sluiskil Heros / (voormalige) Cokesfabriek De cokesfabriek ACZC in Sluiskil werd in 1999 gesloten. Het terrein, de gebouwen en installaties werden eind 2000 overgenomen door de afvalverwerker Heros. In 2004 werd de hoofdvestiging van Heros overgebracht van Roosendaal naar Sluiskil. Een locmonument is geen grote bijzonderheid, maar opmerkelijk is dat Heros alle drie Cockerill diesellocs van de cokesfabriek op korte stukjes spoor had opgesteld als monument. Anno 2015 hebben twee daarvan elders hun plaats gevonden. Heros noemde in 2009 op de website de spooraansluiting nog steeds bij de transportmogelijkheden; anno 2015 was dit niet meer het geval.

← Loc 6 staat – van buiten de poort niet zichtbaar – op 29-10-2009 in goed onderhouden toestand opgesteld achter (volgens Heros voor) het kantoorgebouw. Het bedrijfsnummer ontbreekt; de fabrieksplaat is nog aanwezig. Opmerkelijk is de overgang op het achterbalkon, die suggereert dat er aan gedacht is met twee locs rug aan rug te rijden. Beide andere locs hebben echter niet zo’n overgang.

Bovenstaande loc 6 heeft een goede en overdekte bestemming gevonden in het op 27-06 -2015 geopende Industrieel Museum Zeeland in Sas van Gent (met dank aan Edwin Hamelink voor de informatie): ↓ Foto’s Edwin Hamelink 09-01-2016 (zie ook hier) →

Loc 8 was op 29-10-2009 de enige van het trio die vanaf openbaar terrein was te fotograferen. ↓ Ze werd overgenomen van het Franse concern Usinor, zoals uit plaatjes op het frame blijkt ↓

De fabrieksplaat en de originele zijruiten ontbraken al in de ACZC tijd. Het fabrieksnummer (en dus het bouwjaar) is niet bekend. Usinor in Denain is in 1982 gesloten; de loc moet dus in elk geval voor 1982 in Sluiskil zijn gekomen.

← Loc 9 had op 29-10-2009 nog de geel-groene beschildering van de vorige eigenaar, Arbed in Rodange (Luxemburg). Alleen aan de achterzijde bevinden zich diverse persluchtaansluitingen, die in Rodange kennelijk gebruikt werden om een speciale wagen achter de loc te bedienen. Het gaat om fabrieksnummer 3809 uit 1960. De loc was op 29 oktober 2009 niet in de ACZC kleuren gebracht; zie echter hieronder.

Het verhaal is daarmee nog niet afgelopen. De bovenstaande loc 9 blijkt optisch keurig opgeknapt en alsnog in de ACZC kleuren gebracht te zijn en is in november 2010 als monument opgesteld bij de Groenoord in Sluiskil, op het tracé van de vroegere spoorlijn naar de oude spoorbrug over het Kanaal Gent-Terneuzen (in 1968 is een nieuwe spoorbrug in gebruik genomen). Zie hier voor een fotoreportage van het transport en daar voor een fotoreportage van het monument. Het monument herinnert niet alleen aan het industrieel verleden, maar ook aan de “miljoenentrein”: in 1944 strandde een Duitse militaire trein voor de spoorbrug en werd vervolgens door de bevolking leeg geroofd. Foto: Mia van den Berg → Uit de beschikbare informatie blijkt niet welke van de drie bewaarde Cockerills het is. Het is echter duidelijk dat het om de boven genoemde Luxemburgse loc (fabrieksnummer 3809 uit 1960) gaat, gezien bijvoorbeeld de zonnekappen voor de voorruit en de omgekeerde U-balk op het dak (waarvan de functie onduidelijk is: misschien een bescherming voor een lamp ?).

Klik hier voor de tekening van dit loctype. Al in 1911 reed bij de Cokesfabriek een Cockerill (stoom)loc.

Met dank aan:

Chris Aarts, Edwin Hamelink, Jan Strooband en Henk van Verseveld.

Referenties:

[1]

Hendrik Bouwknegt, Harold de Groot, Rob Meijer en Frank Schouten; Goederentreinen in Nederland : 2004-2015; Uquilair 2015.

Terug/verder naar:

{

Aanvullingen Provincie Zuid Holland Provincie Noord Brabant → Nieuw Home Inhoud