► Nieuw ◄ ► Zoeken ◄ |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
Raadsels |
|||||||||||||
Raadsels betreffende motortractie op normaalspoor (het meest recente raadsel staat boven) |
|||||||||||||
Vijfde raadsel |
|||||||||||||
Vanaf 1963 werd als aftakking van het Kamperlijntje een raccordement aangelegd dat zich uiteindelijk zou uitstrekken tot het vuiloverslagstation van de ROVA (Regionale Organisatie Verwijdering Afvalstoffen). Zie hier voor de geschiedenis van dat raccordement. In 1997 werd een overslagstation bij de Katwolderhaven aan het Zwolle-IJsselkanaal gebouwd. Binnen het bereik van de brugkraan vielen schepen aan de kade en een ongeveer 100 meter lang spoor dat aan genoemd raccordement aansloot. Gedenkwaardig zijn vooral de nachtelijke ritten met een enorme kuilwagen (zie hier bij 7 november), beladen met een scheepsdieselmotor, van de fabrikant Wårtsilå NSD naast station Zwolle naar Katwolderhaven, waar de motoren op een schip werden overgeladen. In 2011 werd de productie van dieselmotoren in Zwolle beëindigd. Al eerder, in 2006, was de firma C & I Holland B.V. eigenaar van de Katwolderhaven geworden. Er vond vooral overslag tussen wegvervoer en watervervoer plaats. De spooraansluiting werd onder andere in 2010/2011 gebruikt voor de afvoer van te slopen plan V treinstellen. Op wens van de gemeente Zwolle werd in 2013 de spooraansluiting van Katwolderhaven (met het restant van het raccordement) opgebroken. Het spoor op het terrein met een stukje buiten de spoorpoort bleef liggen. En op dat stukje buiten de poort is het volgende te zien: |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
↑ Behalve de spoorwagen buiten de poort staat er in de
verte op het terrein zelf nog één. Katwolderhaven, 24-10-2018 ↑ Op de tweeassige wagens staan verschillende malen de nummers HAKU
033034 0 respectievelijk 033047 0. Het is duidelijk dat de wagens nooit op het
openbare spoorwegnet gereden hebben: ze hebben geen trek- en stootwerk, geen
luchtdrukremmen, geen vering, wel een buitenliggend frame en ze zijn
asymmetrisch: de koppen zijn niet gelijk en de wagens zijn alleen met de
vlakke koppen onderling koppelbaar. Van elke wagen bestaat het bovendek uit twee
achter elkaar geplaatste 20 x 8” flat rack of bolster containers (containers
zonder zij- en eindwanden) met twistlocks op de hoeken, vierkante gaten voor
de lepels van een heftruck en ronde gaten met een beugel erachter om lading
vast te sjorren (met dank aan Hans Nahon). Ze zijn alleen bij de hoeken op
het onderstel vast gelast. De HAKU nummers op het onderstel zijn van het
containerverhuurbedrijf Caru
Containers BV in
Pernis. De wagens zien er geroest en gebutst uit en
lijken al vele jaren oud. Ze zullen voor
C&I Holland zijn aangevoerd van een plaats waar ze eerder zijn
gebruikt. Op een bord op het hek om het bedrijfsterrein
staat LiftPoint.nl met een e-mail adres en een telefoonnummer. Genoemde
website blijkt zeer langdurig in onderhoud te zijn (in 2018 en in 2022 nog
steeds). Op e-mails werd niet gereageerd. De telefoon werd opgenomen door het
al genoemde C&I Holland B.V. in Purmerland, dat echter geen inlichtingen
wilde geven. Vragen zijn: a) Wie heeft de wagens gebouwd en
wanneer ? b) Welk bedrijf heeft de wagens eerder
voor intern transport gebruikt en waarvoor ? c) Waarvoor gebruikt C&I Holland / LiftPoint de wagens
? (er is zelden activiteit) |
|||||||||||||
Sicco Fockens merkte op dat het om omgebouwde “Mafi trailers” gaat. Dit zijn opleggers die door een terminal trekker met een haak op een schip kunnen worden gezet (zie de foto hiernaast) of op korte stukjes bij een overslagbedrijf worden gebruikt. Mafi trailer in gebruik bij een RoRo schip van de Japanse rederij
NYK (bron: website NYKRoRo) → Diverse details van de Zwolse wagens stemmen inderdaad geheel met die van Mafi trailers overeen. Het enige verschil is dat de Mafi trailers op wegwielen rijden, terwijl de Zwolse wagens spoorwielen hebben. Daarmee zijn de Zwolse wagens aan het ene stukje spoor gebonden. |
|
||||||||||||
Bob Nonnekens stuurde links waaruit blijkt dat de wagens gebruikt worden om overmaatse onderdelen tijdelijk te verplaatsen naar een hoek van het terrein waar ze niet in de weg liggen: zie hier en zie daar (derde foto). Ook leidde hij uit foto’s af dat de twee wagens tussen 9 juli 2011 en juni 2013 zijn aangevoerd. Bij een bezoek in mei 2022 bleek het terrein is al grotendeels ontruimd ter voorbereiding van de bouw van een biomassacentrale. Daarbij zijn ook de twee spoorwagens verdwenen. |
|||||||||||||
Het
type A2L514 was de kleinste naoorlogse
Deutz normaalspoorloc en had een opmerkelijk ouderwets uiterlijk. Importeur
Spoorijzer ontving er vier. Één ging naar de Sphinx in Maastricht en één naar
de Rotterdamse Dow vestiging. Van de andere twee (gebouwd in 1956 en 1958) is
de uiteindelijke klant onbekend. Op de anno 2019 niet meer bestaande website Transporthistorie
stond in het stuk over transportbedrijf Lommerts in Delfzijl de bijgaande
foto van een A2L514. Verdere gegevens
waren niet te krijgen. Op de achtergrond staat de Hunzecentrale in Groningen;
die werd vaker als achtergrond van foto’s van Lommerts gebruikt. Alle vijf
eenheden van de centrale zijn te zien. De eenheden 4 en 5 kwamen in 1970 in
bedrijf. Mede gezien de beschildering van de auto zal de foto omstreeks 1970
gemaakt zijn. In die tijd werden veel industrielocs afgevoerd omdat bedrijven
van kolen op gas overgingen. |
|
||||||||||||
Vraag: |
Welk bedrijf in de omgeving van Groningen was de eigenaar van deze omstreeks 1970 afgevoerde Deutz A2L514 uit 1956 of 1958 ? |
||||||||||||
Àntwoord: |
Volgens de vader van Johan Tetteroo (die in die tijd bij Lommerts werkte) komt deze loc uit Duitsland (uit de buurt van Meppen) en is door Lommerts vervoerd naar een bedrijf in de buurt van Bethun/Steenvoorde in Frankrijk. |
||||||||||||
|
|||||||||||||
Dit
raadsel is opgelost. Het betrof twee kleine elektrische locs van de centrale Harculo (nabij Zwolle), die kolenwagens op de traverse
trokken en er vanaf duwden. De
traverse blijkt gebouwd te zijn door de machinefabriek Hensen in Rotterdam;
de Elocs zeer waarschijnlijk ook. |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
Tweede raadsel (opgelost) |
|||||||||||||
|
Op een Duitse website staat onderstaande foto van een Nederlandse “Sik” op een kort stukje spoor. Die stond na de Duitse capitulatie in RAW Dessau. De Sik staat op een stukje geïsoleerd spoor. Het lijkt er op daarom op dat de Sik als energieleverancier werd gebruikt Martin
van Oostrom merkt op dat de vooroorlogse constructiewijzigingen wel en de
naoorlogse niet zijn toegepast. Dat wijst erop dat de foto rond de Tweede
Wereldoorlog is gemaakt. Hij leidt uit het onderstel (vorm en positie van de
uitsparing) af dat het een locomotor van de eerste serie NS 201-212 is. Zandstrooiers werden pas algemeen toegepast na
december 1949. Bij wijze van proef kregen de 247 en later de 201 en 220 bij
wijze van proef een zandstrooier. Combinatie met het bovenstaande levert op
dat het de NS 201 moet wezen. |
||||||||||||
|
|||||||||||||
|
|||||||||||||
Toon
Steenmeijer maakte bovenstaande foto bij de aanleg van de sporen naar de
Hemtunnel op 19 september 1981. De loc is duidelijk een Schöma van het type
CFL30DR (of soortgelijk), maar wie was de eigenaar ? Antwoord graag aan: henkkolkmanAhetnet.nl Vervang daarbij A door @; dit is een
anti-spam maatregel.
Toelichting: Opvallend zijn de vele gaten in de zijplaten van het frame en de uit de onderste hoeken van de bufferplaten gesneden stukken. Dat laatste kan gebeurd zijn vanwege een bekisting binnen profiel (met dank aan Oscar van Dommelen) of al bij een eerder karwei aan een metrolijn met een beperkter vrij ruimteprofiel (zie bijvoorbeeld hier voor het omgrenzingsprofiel van de Rotterdamse Metro). Op de bouwplaats waren Strukton locs actief, maar de Schöma draagt geen Strukton logo’s en/of nummers. Het is bekend dat in Nederland een loc van dit type (rechts) heeft gereden, maar die zag er anders uit. Het ging daarbij om Schöma 2436 (1960) die op 13 juni 1975 door J. Bonthuis in Utrecht werd gefotografeerd, kort voor aflevering aan Demka. |
|
||||||||||||
|
|||||||||||||
Terug/verder naar: |
|||||||||||||
|
|||||||||||||