Welkom

Inhoud

Inleiding

Andere tractie

Spoorwijdte

Producenten

Import & handel

Eigenaars

Materieel

Links

Contact

Nieuw

Zoeken

 

Stoomtractie smalspoor

Stoomtractie normaalspoor

Motortractie smalspoor

Motortractie normaalspoor

 

 

Boeken

Aanvullingen

Tijdschriften

Raadsels

Loctypes

Modellen

 

    

Correcties betreffende het boek “Industrielocomotieven” van Henk Kolkman

 

Met dank aan Jan Brinks, Michel Dispa, Gerard de Graaf, Marius van Rijn, Jan Roos, Henk Sluijters, Martijn Smits, Toon Steenmeijer, Peter Verschelden, André Weijts en Wytze Wijbenga.

Uiteraard blijven verdere correcties en aanvullingen welkom.

 

 

p. 15

Bij Corus worden geen zwaardere spoorstaven gebruikt. Men gebruikt UIC60, dat ook voor gewone hoofdsporen gebruikt wordt. Wel is de dwarsliggerafstand hart op hart 500 mm, terwijl 670 mm voor de gewone spoorlijnen in Europa gebruikelijk is.

 

p. 18, Figuur 13

Op de Hoogovens (Corus) locs staat geen A en B, maar A(chter) en V(oor); zie ook Figuur 190. Afgebeeld is dus de achterkant van de loc.

 

 

p. 38, Figuur 41

Het onderstel bestaat nog steeds. Het is nu een (water)weerstandswagen.

 

p. 41 (Figuur 46), p. 42 (tekst) en overal elders waar Du Croo & Brauns (DuCroBra) genoemd is:

Kromhout was de hoofdaannemer. Kromhout bouwde de dieselmotor, maar besteedde de bouw van de genoemde locs uit aan Du Croo & Brauns, dat de locs ook voorzag van eigen fabrieksplaten met eigen fabrieksnummers. Zie ook het Kromhout boek van Toon Steenmeijer.

 

p. 50, Figuur 67

Deze foto is gemaakt door Huib den Dulk.

 

p. 62, Figuur 85

Het type van de Deutz loc is A8L614.

 

p. 63                                       

Figuur 87 is niet genomen op 24 maart 1959 (de loc was toen nog niet eens gebouwd) maar in 1967, bij het ventilatorengebouw “de Slak” van de ON I te Schaesberg.

 

p. 67                                       

“de reeks 90/91, later 230” moet zijn “de reeks 230, later 90/91”.

 

p. 68

Bijschrift bij Figuur 99: Michel Dispa (van de Museum BuurtSpoorweg, de huidige eignaar van O&K 25626, ex centrale Harculo) heeft een aantal foto’s van de O&K type MV6 op de Utrechtse Jaarbeurs in 1954. Op één van die foto’s is het fabrieksnummer 25555 te zien. Dat nummer was besteld voor een spoorwijdte van 1676 mm. Na annulering van de order werd de loc onder fabrieksnummer 25581  afgebouwd voor normaalspoor en in 1956 geleverd aan de Westfalenhütte. Kortom: de loc “Harculo” heeft niet op de Jaarbeurs gestaan. Dat was een andere loc van hetzelfde type, die na de Jaarbeurs weer naar Duitsland is teruggekeerd.

 

SPOOR01_KB-FOTO-10178_X C.jpg

 

↑ Jaarbeurs te Utrecht in 1954 (collectie Michel Dispa) ↑

 

p. 69

Hier wordt gesuggereerd dat bij de O&K type-aanduidingen MV2, MV4, etc. de V aangeeft dat het een motor in V-vorm betreft en dat het cijfer het aantal cilinders aangeeft. De onderstaande tabel (ontleend aan O&K documentatie) geeft aan dat dit lang niet altijd klopt: een V-motor kan geen oneven aantal cilinders hebben, dus ofwel het gaat niet om een V-motor (bij de MV0 en MV1) ofwel het getal geeft niet het aantal cilinders aan (bij de MV9).

 

Type

Motor

Aantal

cilinders

pk

bij

rpm

Opmerkingen

 

MV0, MV1

(smalspoor)

O&K 116V1

1

15-20

1300

De MV0 is lichter en heeft twee versnellingen; de MV1 drie.

De motor heeft een staande cilinder, dus het is geen V motor.

 

MV2

MV2a

O&K 116V2

2

30

40

1300

1300

 

 

MV3

Deutz

?

65

?

Dit model werd later dan de rest geïntroduceerd.

 

MV4

MV4a

O&K 116V4

4

60

75

1300 ?

1500

 

 

MV6a

O&K 116V6

6

125

1330

Later Deutz A8L714 motor

 

MV8

O&K 116V6

6

145

1550

Koppelstangen

 

MV9

O&K 116V8

8

210

1600

 

 

 

Voor alle O&K 116V dieselmotoren geldt: boring 120 mm; slag 160 mm.

 

 

p. 75

De door Spoorijzer verbouwde ex-NS locomotoren hadden niet de nummers BPM 4 en 5 maar BPM 8 (eerste bezetting) en ?

 

p. 87/Figuur 139 en p. 281/Tabel 9

Toen de nieuwe Diema loc arriveerde, haalde de Rotterdamse Droogdok Maatschappij de pers erbij. Zo plaatste de krant Trouw bijvoorbeeld op 2 maart 1972 onder de kop “Minitrein voor RDM” een foto en de tekst “Met gepaste trots heeft de Rotterdamse Droogdok Maatschappij deze week een eigen mini-locomotief in gebruik genomen. Het is een dieselloc van 90 pk van ruim zes meter lengte. Op het eigen RDM-terrein ligt ongeveer vier kilometer spoorrails. Hoe kan het anders ! de trein arriveerde per trein”. Afgaande op zulke persberichten is op bovengenoemde plaatsen als vermogen 94 pk vermeld, te meer daar Diema een type DVL90 in het leverprogramma had.

De in het krantenbericht genoemde lengte past echter bij een DVL150 en niet bij een DVL90. In de Diema leverlijst is sprake van het type DVL150/1.6 en in een brief aan NS Transport Voorlichting noemt Diema importeur IVB het type DVL150/1.5 met een dienstgewicht van circa 20 ton en een luchtgekoelde zescilinder Deutz dieselmotor. Over het subtype (1.5 of 1.6) bestaat dus verwarring, maar het is wel zeker dat het om een DVL150 van 150 pk ging.

Op p. 192 en p. 258 is overigens het type wel terecht als DVL150 vermeld.

 

p. 92                                       

De Oranje Nassau Mijnen werkte met Frans (firma De Wendel) en niet met Belgisch kapitaal.

 

p. 95.

“Lindevetes” moet zijn Lindeteves. Echter, de twee Schöma's voor Stork zijn geleverd door de congsi Ducrolinde (Ducrobra + Lindeteves).

 

p. 103/Figuur 165                              

Uit de driehoek met afgeknotte punten blijkt dat de Zephyr wel degelijk als “motorvoertuig met beperkte snelheid” op de openbare weg is toegelaten.

 

 

p. 109

Er zijn dertien (geen twaalf) Nedtrain locs van de serie 700.

 

 

p. 114

Tekst (linkerkolom onderaan): De “beursloc” bij Akzo Hengelo werd in 1996 (niet: 1997) door een O&K vervangen.

Tabel 8: Het bouwjaar van Bemo fabrieksnummer 103 respectievelijk 218 is 1986 respectievelijk 2007.

 

 

p. 115, Figuur 182

De loc heette geen Jan, maar John Kruis, zoals op de foto te zien is.

 

p. 119

Spoorijzer onderhield de locs van aannemer Oosterwijk (niet: Oisterwijk)

 

p. 120, § 6.5: Verhuur

De twee O&K verhuurlocs waren O&K 26706 respectievelijk Henschel 25481. O&K 26706 arriveerde in 1986 bij O&K A'dam, werd opgeknapt en in 1987 voor het eerst verhuurd. De Henschel werd in 1991 (niet 1992) gekocht.

 

p. 124, 2de kolom (met dank aan Martijn Smits)

Het 6de  door RRF gekochte “bakkie” was de ex-NS 662. Deze was bedoeld als plukloc, maar is wél in de kleuren van RRF geschilderd en voorzien van het nummer “5”. Dat was een last-minute actie ten tijde van het begin van RRF in 2004. Voor een railvakbeurs in de Jaarbeurs in Utrecht wilde RRF een loc van het nieuwe bedrijf presenteren. De 662 is toen snel optisch opgeknapt in Tilburg. Pas daarna zijn de RRF 1 t/m 5 in dienst gekomen, de rijvaardige loc “5” was dus feitelijk de tweede loc “5”.

De eerste loc 5 (de ex- NS/NedTrain 662) is in 2010 overgedaan aan een stichting in Drachten die daar een monument wil plaatsen ter nagedachtenis aan het spoorse verleden van Drachten. Op 20 juni 2013 is de loc geplaatst op een stukje nieuw aangelegd spoor op het Philips terrein; zie hier en daar.

De tweede 5 (683, ex-621) is nog in actieve dienst voor de vuiltreinen van Locon op Apeldoorn-Apeldoorn VAM en is begin 2013 van RRF naar de firma Locon overgegaan. Op 31 juli 2013 is deze loc opgehaald voor een revisie en schilderbeurt. Als vervanger kwam de al in Locon kleuren gebrachte ex-RRF 4 (de ex-NS/NedTrain 676, ex-NS 611).

Ook had RRF nog een zevende “bakkie”: de voormalige Strukton 300640 is in juni 2007 verkocht als 640 aan RRF en heeft daar kort dienst gedaan totdat ze terzijde ging. Dit was dus de 7e loc van RRF van de serie 600. Bij RRF is nooit de “7” aangebracht en de loc gaat nog altijd als 640 door het leven (in de Strukton outfit).

Halverwege 2013 zijn RRF 1 (ex-NS 684, ex NS 626), 2 (ex-NS 689, ex NS 652) en 3 (ex-NS 679, ex NS 614) verkocht aan voestalpine Railpro in Crailoo; later ook de ex-NS 640.

 

 

 

 

 

Windhoff Noordwijkerhout.jpg

 

p. 124, § 7.3: Fabrikanten

Voor de laatste levering van een Windhoff Teletrac in 1994 wordt verwezen naar Figuur 193; dit moet zijn Figuur 259.

 

Ter opluistering van de saaie lijst met correcties hier nog een andere foto, die op 11 mei 1995 bij het Vuilafvoer Duin- en Bollenstreek in Noordwijkerhout genomen is. De accu’s van de Teletrac van het Windhoff type 70 AEM worden opgeladen.

 

p. 126

De hybride RET 6201 werd op 7 maart 2000 door Schalke afgeleverd, beviel niet, werd terug gestuurd en was op 13 december 2000 beschikbaar voor instructie. Bouwjaar en afleverjaar zijn dus beiden 2000 (en niet 2002).

 

p. 143, 223 en 259                 

Bij de locs van de ZNSF in Bergen op Zoom en de centrale Helpman in Groningen had Kromhout en niet Ducroba als fabrikant vermeld moeten worden. Zie bijvoorbeeld het Kromhout boek.

 

p. 144, Noord-Nederlandsche Beetwortel Suikerfabriek

/? moet zijn ?/, met andere woorden: het is niet bekend onder welk Werkspoor fabrieksnummer (en welk NS nummer) deze locomotor is gebouwd; het Spoorijzer fabrieksnummer is 145.

 

 

p. 144, Nedtrain Onderhoudsbedrijf in Onnen

Het Niteq fabrieksnummer is 410 (niet 411).

 

 

p. 147 en 150, Schwartzkopff fabrieksnummer 9932

Deze loc is met raadsels omgeven. In de eerste plaats had achter het Schwartzkopff fabrieksnummer 9932 een vraagteken moeten staan; zie hiervoor de opmerkingen bij hetzelfde fabrieksnummer bij p. 274.

In de tweede plaats -en onafhankelijk van het eerste raadsel- is er twijfel over het SIJ fabrieksnummer. Zoals bij opmerking a) op p. 147 vermeld is, sprak SIJ in een brief aan de centrale aan de Weteringkade over SIJ 15, maar op foto’s van dezelfde locomotor in Hengelo is een plaat met SIJ 16 te zien. Denkbaar is dat SIJ zich in de brief in het nummer heeft vergist of dat SIJ 15 geen fabrieksnummer is, maar een voor het verhuurpark gehanteerd nummer.

 

 

p. 148, Stork in Hengelo

De Deutz werd niet in 1987-1987, maar in 1986-1987 gehuurd.

 

p. 152, ’t Harde: Bemo 115.

Bemo 115 in ’t Harde (nabij Zwolle) en ex-NS 332 in de Vlasakkers (nabij Amersfoort) zijn in september 2004 bij wijze van legeroefening omgeruild (informatie Nico Lollinga). Het eindjaar voor de Bemo in ’t Harde is dus 2004.

 

 

p. 154

De tramaansluiting van Spieker & Elferink was van de GTW/ZE (Zutphen-Emmerik).

 

p. 155, Arnhem Vosdijk

Hibberd 3196 heeft van 1947 (niet: 19xx) tot in 1971 (niet: 1972) aan de Vosdijk gerangeerd.

 

p. 155, Arnhem Kleefse Waard

Bij Hibberd 3396 of 3397 had bij het jaar van buitendienststelling -1972- het sloopteken † vermeld moeten zijn.

 

p. 156, Corus Tubes

Het Werkspoor fabrieksnummer van de hier ingezette NS 310 was 771 in plaats van 772.

 

p. 156, Arnhemse Stoomsleephelling Mij ASM

De levering van de loc aan de ASM is alleen bekend uit een leverlijst van O&K in Amsterdam. Eind 1978 werd de ASM stilgelegd. In maart 1979 werd de inventaris geveild. De loc werd niet specifiek in de inventarislijst genoemd.  Als eindjaar had er dus ≤ 1978  (niet 19xx) moeten staan.

 

p. 156, Nedtrain in Nijmegen

Het bouwjaar (1977) is later dan het jaar van indienststelling (1976). Importeur Merrem & Laporte gaf op dat de Teletrac in 1976 is geleverd; op een foto van de fabrieksplaat (rechts) staat als bouwjaar 1977. Denkbaar is dat bij de fabrieksplaat van het geplande bouwjaar is uitgegaan, maar dat de Teletrac eerder dan gepland klaar was. Rechtsonder de kabels voor voeding en sturing. Alle foto’s: 17 augustus 1985.

Wasloc Nijmegen fabrieksplaat.JPG

 

Wasloc Nijmegen overzicht.JPG

 

Wasloc Nijmegen kabels.JPG

 

p. 157, Enka in Ede

Hibberd 3397 moet zijn Hibberd 3396 of 3397.

 

p. 159, Gemeentelijke Gasfabriek aan de Blauwkapelseweg in Utrecht

Werkspoor 654 (ex-NS 152) was aanwezig vanaf 1948 (niet 1947/1948).

 

p. 160, HTMU in Utrecht

Het rail-wegvoertuig Niteq B.090 was aanwezig vanaf 2007 (niet 2006).

 

p. 161, Denka in Utrecht

Deutz 55444 reed het laatst in de Staalgieterij. Die is uiteindelijk (als onderdeel van SMDK) in 1977 gesloten. Daar vanuit gaande zou het eindjaar zal 1977 in plaats van 1975 (?) moeten zijn en -bij opmerking b)- de loc zou in 1977 (niet in 19xx) naar Hollandia Schroot zijn gegaan. In 1975 arriveerde echter de gebruikte loc Schöma 2436, ook (blijkens een bijschrift van foto van dhr. Bonthuis) bestemd voor SMDK, dus voor de staalgieterij. Mogelijk heeft de Schöma de Deutz al in 1975 verdrongen.

 

p. 162, Figuur 238

De foto van “Riek” van Strukton (ex-NS 609) is genomen met als achtergrond de Esso raffinaderij in de Europoort (en niet de Shell raffinaderij in Pernis).

 

p. 163

Op de 1ste regel moet staan Bonder (niet Bunder) Recycling. De loc was vanaf 2007 aanwezig maar is -met de spooraansluiting- pas in 2008 in dienst gesteld.

 

 

p. 163

De Deutz tweeasser “Mia” blijkt wel in 1990 afgevoerd, maar niet gesloopt te zijn.

Pierre de Greeuw attendeerde op een artikel in "Op de Baan" van het Toerisme en SpoorPatrimonium van februari 2009 over de ex-NMVB-lijn Antwerpen-Schoten langs het Albertkanaal. Hier bediende de NMVB diverse industrieaansluitingen met normaalsporige stoomloks. Deze bediening is later overgenomen door de NMBS. Mia blijkt bij het aan deze lijn gelegen bedrijf N.V. Antwerpse Metalen gereden te hebben en is pas in 2008 vervangen door een Unimog.

 

 

p. 165, Locatie Amsterdam Watergraafsmeer

“Johan Kruis” moet zijn “John Kruis” (zie ook Figuur 182).

 

p. 166, Tabel 9

O&K 26706 was van 1986 – 1992 (niet van 1992-1992) bij O&K in Amsterdam.

 

p. 168, Nedtrain Onderhoudsbedrijf Zaanstraat

Het Niteq fabrieksnummer is 411 (niet 410).

 

p. 173, Hollandia Amsterdam

Bij Deutz 56160 hoort bij het eindjaar 1975 nog het sloopteken † te staan.

 

p. 173, Hollandia Amsterdam

Bij Deutz 55544 hoort bij het eindjaar 1985 nog het sloopteken † te staan.

 

p. 173, Hollandia Amsterdam

Cockerill 3603 (Hoogovens 459) is nog op 11 januari 1992 bij Hollandia gezien en is dus niet  in 1989 gesloopt.

Het type CO30ST-FB is eigenlijk niet correct. De Hoogovens locs leken sterk op dit Cockerill standaardtype, maar waren daaraan niet gelijk.

 

p. 173, opmerking a) bij de tabel

“Huurloc 3 van Bemo”: zie de opmerkingen over Bemo bedrijfsnummers bij p. 175 hieronder.

 

p. 173, bijschrift bij Figuur 248

Het bijschrift vermeld loc 2431; dat moet 2441 zijn.

 

p. 174, Havenbedrijf De Rietlanden

CW Zwolle 17 (locomotor NS 294) heeft als bouwjaar 1938 (niet 1940). Verder was voor deze locomotor ten onrechte het sloopteken † vermeld: zoals uit p. 253 blijkt is deze sik later bij de Stibans opgedoken. Ze was geen eigendom van de Stibans, maar van een particulier. De ex-NS is in juni 2011 gesloopt (zie hier).

 

p. 175, Locatie Warmenhuizen, kopje Bijzonderheden

“Bemo gebruikt geen bedrijfsnummers, maar duidt de locs meestal met hun fabrieksnummers aan”.  Dit is onjuist. Er zijn projectnummers voor intern gebruik. Bemo is begonnen met een serie waarvan de eerste drie cijfers 100 zijn; daarna komt een volgnummer. Bijvoorbeeld 1002 is de loc die bij Electrolux in Alphen a/d Rijn rangeert en 1004 is de “Beursmachine” die bij Akzo Zoutchemie in Hengelo begon en nu in de Botlek vertoeft. De nummers 1001 en 1003 zijn toegekend aan offertes die niet tot een opdracht hebben geleid. Bij het bereiken van volgnummer 60 was deze reeks vol omdat de nummers vanaf 61 al voor andere zaken waren gebruikt. Er is toen overgestapt op een nieuwe reeks, bestaande uit 99 als eerste twee cijfers en daarna weer een volgnummer.

Deze nummers zijn niet op de locs aangebracht, maar Bemo gebruikt ze wel onder de kop bedrijfsnummer op de website www.bemorail.nl voor de locs voor de verkoop en/of verhuur, bijvoorbeeld:

 

10030

10031

10039

09914 en 09915

09920

O&K MV10

O&K MB11 ex Shell

O&K MB5N fabrieksnummer 26619

Transloks, ex Vopak Vlissingen-Oost

Jung Köf III (verhuurd aan de Rietlanden in Amsterdam)

 

p. 175, Deutz fabrieksnummer 56412

Volgens de Deutz leverlijst is dit fabrieksnummer op 29-09-1956 via Spoorijzer afgeleverd aan de NV Ned. Opslagmaatsch. (NOM) in Rotterdam. Het bouwjaar is dus 1956 (niet 1957).

 

p. 175, O&K fabrieksnummer 26632

Het bouwjaar is 1969 (niet 1968).

 

p. 175, fabrieksnummers O&K 26184 en Deutz 56560

Beiden zijn in 1987 (niet in 1988) van de TTR naar Bemo gegaan en daar vervolgens gesloopt.

 

p. 175, O&K fabrieksnummer 26552

Deze O&K MB10 is in 2001 (niet in 2002) via MaK in Moers bij Bemo gekomen.

 

p. 175, opmerking g)

2003 moet 2000 zijn.

 

p. 175, opmerkingen l), q) en r)

De locatie van zowel Vopak TTR als LBC is niet Europoort, maar Botlek.

 

p. 177, Werkspoor fabrieksnummer 617

Achter het eindjaar 1956 had het sloopteken † vermeld moeten worden.

 

p. 177, AEG bluslocs 7344, 7702 en 8248

Het trio is in 1974 gesloopt. Het sloopteken  † had vermeld moeten worden.

 

p. 177, Windhoff fabrieksnummer 260020

Deze Teletrac is gedurende een periode in 2000 en vanaf 2002 (niet 2003) door Bemo aan Corus verhuurd.

 

p. 179, Cockerill fabrieksnummer 3739

Als voetnoot had vermeld kunnen worden dat de loc in 1981 kortstondig bij Hoogovens terug was.

 

p. 180, General Electric fabrieksnummer 36661

In 2003 bij Corus buiten dienst; in 2007 bij CSIJ in dienst.

 

p. 180, General Electric fabrieksnummer 36662

De loc is in 2003 buiten dienst gegaan.

 

p. 180

De karkassen van de Hoogovens (Corus) locs 822 en 994 bestaan nog steeds, maar missen belangrijke onderdelen als de motoren. Het teken † (gesloopt) is dus niet juist.

 

p. 181, Wagenwerkplaats Railion  op Corus terrein in Velsen.

Het English Electric fabrieksnummer van de NS 541 is 2072. Het fabrieksnummer van NS 654 is hoogst waarschijnlijk 2151. Deze loc is in week 14 van 2008 (dus niet in 2007) gesloopt bij Hoeben Metalen in Hasselt; zie hier.

 

p. 182, Overlaadstation Noordwijkerhout

De volledige type-aanduiding is RW70AEM. Deze Teletrac heeft als bouwjaar 1994 en is in januari 1995 geleverd.

 

 

p. 183, NS Lijnwerkplaats/Nedtrain Onderhoudsbedrijf Leidschendam

 

Windhoff 260071 ofwel “Gelke” heeft in Figuur 261 als type-aanduiding RW35BM. Dat lijkt een vergissing van Windhoff: het type RW35BM komt verder niet in de leverlijst voor en de Nedtrain 406 is gelijk aan de 407, waar wel RW35AEM op staat. Daarom staat in de tabel RW35AEM. Verder blijkt het bouwjaar op deze op 13 december 2008 gemaakte foto’s niet 1987, maar 1989 te zijn.

Windhoff RW35BM.jpg

Windhoff 260071.jpg

 

 

p. 185, Cronifer in Delft.

Moyse 1251 begon hier in 1993, niet in ongeveer 1993 (~ 1993)

 

 

p. 185, Rotterdam Bulk Terminal in Vlaardingen

Achter het eindjaar 1997 van de Diema had het sloopteken † horen te staan.

 

p.186, Euroclay/Imerys Minerals in Vlaardingen

Het Windhoff fabrieksnummer van deze Teletrac was niet 130653, maar 130653/., waar bij de punt een volgnummer voorstelt. DSM bestelde in 1980 namelijk drie Teletracs tegelijk. Windhoff gaf ze alle drie hetzelfde fabrieksnummer.

 

p. 187, Wilton Fijenoord in Schiedam

De eigenbouw loc dateert uit 1936; het teken ~ voor ongeveer in hier niet op z’n plaats. Voor het sloopteken † achter het jaar 1945 was kennelijk geen plaats meer.

 

p. 187, Gasfabriek Keilehaven in Rotterdam

Bij O&K 3232 had achter het eindjaar 1967 het sloopsymbool † horen te staan.

 

p. 188, NTB aan de Waalhaven in Rotterdam

De Deutz drieasser is niet in ter plekke gesloopt, maar is in 1984 naar Pametex in Den Haag gegaan. In plaats van 1985† had hier 1984 horen te staan.

 

p. 188, NTB aan de Waalhaven in Rotterdam

Het Windhoff fabrieksnummer van de Teletrac was niet 130653, maar 130653/., waar bij de punt een volgnummer voorstelt. DSM bestelde in 1980 namelijk drie Teletracs tegelijk. Windhoff gaf ze alle drie hetzelfde fabrieksnummer.

 

p. 188, Hollandia Waalhaven

De locomotor met als Spoorijzer fabrieksnummer 14 is ontstaan uit een onbekende locomotor van de NS serie 103-152. Die locomotor is minder anoniem dan de drie vraagtekens suggereren: aan de aspotten is te zien dat de fabrikant Werkspoor (en niet Schwartzkopff) was. Werkspoor bouwde deze locomotoren alleen in 1931 en 1932, dus het bouwjaar ligt ook bijna vast.

 

p. 189, Waalhaven Pier 5

19xx in de rij beginnend met Appie 1 moet 1968 zijn. In 1984 nam Dalmeijer het SHV terrein - met kranen, loc, ed. van de SHV over.

 

p. 189, Unitcentre aan de Waalhaven in Rotterdam

De NS 288 (CW Zwolle 11) is volgens Op de Rails 1980-4 in 1980 (niet in 1979) naar de NS terug gegaan.

 

p. 190, Figuur 269

De sikken serie 201 - 212 hebben vierkante openingen in het frame; bij de andere sikken zijn die rond. Gezien de twee mogelijkheden (NS 203 en 342) is de afgebeelde loc daarom de ex-NS 342 is en niet de 203.

 

 

p. 190, bananenterminal aan de Beatrixhaven

Het bedrijfsnummer van O&K 26540 was 377.

 

p. 190, Shunter

De Shunter locomotoren (de voormalige NS 245, 279 en 319) waren – net als de andere sikken – van het soort Bode (niet Bde). Overigens zijn deze locomotoren nooit bij Shunter in gebruik geweest.

 

p. 191, Shunter

Nummer 001 alias Joop is een Zagro van het type Maxi-Rangierer (niet Max-Rangierer).

 

p. 191

De Shunter locs 601 en 603 blijken de namen Annemiek en Evy te hebben gekregen.

 

p. 192, RDM te Rotterdam Heyplaat

Ruston & Hornsby bouwde de locomotieven in series van bijvoorbeeld 6 stuks met aaneengesloten fabrieksnummers. Tussen de verschillende series zaten enorme gaten, die kennelijk met andere producten (onder andere dieselmotoren) werden gevuld. R&H heeft het nummer 269523 niet aan een loc toegekend; het ook door de Industrial Railway Society genoemde nummer 269593 wel. Waarschijnlijk berust het eerst genoemde nummer op een waarnemingsfout en moet vervangen worden door het laatst genoemde nummer.  De Ruston & Hornsby tabel op p. 273 is in die zin ingevuld.

 

p. 192, NOM/Pakhoed/Vopak/VLS

Genoemde Butaanweg is juist, maar ligt bij Pernis en niet op de Vondelingenplaat.

O&K 26802 werd in de periode 2002 – 2003 (niet 2002 – 2004) gehuurd.

 

p. 195, Albatros/UKF op de Vondelingenplaat

De moderne MaK 220107 heeft in het boek een nul te veel gekregen.

 

p. 196, PHM/Paktank/Odfjell                                   

Het nummer 3 is bij loc 3 van Odfjell ten onrechte niet ingevuld. Het staat toch duidelijk onder op de cabine:

 

Odfjell loc 3.jpg

 

Odfjell, september

2006.

 

Op de motorkap zijn luchtfilters gemonteerd.

 

 

p. 198, Akzo Zoutchemie in de Botlek

Deutz 56814 was van het type A8L614; een type A8L514 heeft nooit bestaan (wel A4L514).

 

p. 201, Lyondell in de Botlek.

De van Shunter gehuurde O&K 26618 was hier in de periode 2006 - 2007. Vanaf 2007 rangeert hier echter de eveneens van Shunter afkomstige, maar zwaardere en nieuwere O&K 26773. Dat staat op p. 191 bij Shunter genoemd, maar er had bij Lyondell een desbetreffende regel moeten worden toegevoegd, waarbij de gele achtergrond (voor een aanwezige loc) één regel naar onderen had moeten schuiven.

 

 

p. 203, TTR in de Botlek

Bemo 105 is hier – als eerste Bemo met een cabine – nieuw gekomen. Het beginjaar is dan ook 1987 in plaats van 1996.

 

p. 204, Wetro

De MaK 220107 was op deze locatie weliswaar al in 1995 aanwezig, maar die is pas sinds 2002 onder bewind van Wetro.

 

p. 205, Konam in de Europoort

O&K 26267 is in 1964 nieuw gekomen. De gebruiksperiode is dus 1964 – 1983 (niet 1968 – 1983).

 

p. 208, EKOM op de Maasvlakte

Uit de foto van de fabrieksplaat in Railmag 255 blijkt dat het fabrieksnummer 07PJ00039 is (drie nullen dus). Daarin is 07 kennelijk het besteljaar, want als bouwjaar staat 2008 op de fabrieksplaat. Het was tot dusverre niet gebruikelijk dat er letters in Vollert fabrieksnummers voorkwamen.

 

p. 210, BAM Rail in Dordrecht

Volgens de Jung fabriekslijst is de Köf III met fabrieksnummer 13904 in 1965 gebouwd (niet in 1964).

 

p. 210, BAM Rail in Dordrecht

Het fabrieksnummer in de onderste regel van de tabel is O&K 26497 in plaats van 26904 (dat nummer is al drie regels hoger genoemd).

 

p. 213, opmerking h)

Voor meerdere duidelijkheid: de Alstom loc met nummer 203.1 en later 203.101 is LEW 15235.

 

p. 214, Nedstaal

De O&K locs 26228 en 26229 zijn in 1963 gebouwd – en volgens het personeelsblad – datzelfde jaar 1963 (niet in 1962) in dienst gekomen.

 

p. 217, tabel

De Bemo huurloc O&K 26153 van het type MV10 is nog in 2005 bij Vopak in Vlissingen-Oost terug gekeerd en is daar (anno eind 2009) nog steeds als reserve aanwezig. De desbetreffende regel had dus een gele achtergrondkleur moeten hebben.

 

 

p. 220, Yara in Sluiskil

Het is onduidelijk uit welke bron het type 040A komt.

 

p. 225, Conrail in Roosendaal

De Deutz 56554 alias Truusje is in 1991 (niet in 1997) in Roosendaal gekomen. Klik op Truusje voor de geschiedenis en foto’s van deze loc.

 

p. 225, Conrail in Roosendaal

In de laatste regel van de tabel moet het Werkspoor fabrieksnummer 779 in plaats van 797 zijn.

 

p. 228, Rheda in Lage Zwaluwe

Het bouwjaar van Jung 13904 van het type Köf III is 1965 (niet 1964).

 

p. 230, IGB in Princenhage

De O&K 2739 van het kleine type M kwam in 1927 in dienst.

 

p. 230, Nedtrain Onderhoudsbedrijf Tilburg

De van Shunter gehuuurde Vollert loc “Monica” was hier in de periode 2006-2007 (niet 2002-2007).

 

p. 232, tweede regel

Het stichtingsjaar 1891 geldt uiteraard niet voor de vestiging in Acht, zie ook derde regel.

 

p. 233, Budeloc in Budel Dorplein

De NS locomotor 311 was Werkspoor fabrieksnummer 772 (niet 771).

 

p. 236, Enerco in Born

Op het adres waren/zijn diverse BV’s gevestigd, waaronder Kolenveredelingsbedrijf Born, Enerco en van Ingen.

De aankomst van Deutz 56403 is met 197x nauwkeuriger aan te geven dan met 19xx.

 

 

p. 239, Sphinx in Maastricht

Bij Werkspoor 641 (NS 148) is de vermelding † (sloop) wat voorbarig. De locomotor zal waarschijnlijk wel gesloopt zijn, maar daar zijn geen directe aanwijzingen voor.

 

 

 

p. 239, Sphinx in Maastricht

Bij de Sphinx 5 zijn 3 regels in elkaar geschoven tot 2 regels.  Het is duidelijker wanneer men zich in de kolom type “locomotor NS 103-152” geheel op de bovenste regel denkt.

 

 

p. 240, NS Lijnwerkplaats/Nedtrain Onderhoudsbedrijf in Maastricht

Het eindjaar van Niteq B. 090 op deze locatie is 2007 (niet 2006).

 

p. 242, Zinkwit in Eijsden

Achter het eindjaar 1986 van Deutz 47432 had het sloopteken † moeten staan.

 

Ernst Worrell heeft zich op 14 augustus 1984 toegang verschaft via de spoorpoort, die meestal open stond →

 

Zijn foto geeft de sfeer uitstekend weer: een ingewikkeld sporenplan getuigt van betere tijden. De sporen zijn in verschillende mate overwoekerd. Hoge bomen en struiken ontnemen het zicht op de spoorlijn Maastricht-Luik en op de rest van het terrein, zodat de fotograaf ongehinderd zijn gang kan gaan. De ketelwagen op de achtergrond en de blauwe Deutz 47432 zijn kennelijk al geruime tijd niet meer van hun plaats geweest. De sporen op de voorgrond zijn nog wel in gebruik. De gele Deutz 55770 is elders op het uitgestrekte terrein.

Zinkwit 14 08 84klein.jpg

 

 

 

p. 243, Domaniale Mijn

Deutz 56372 is vanaf 1969 (niet in 1968) bij de Domaniale ingezet.

 

p. 244 

Oranje Nassau Mijnen

 

ON I:

gesloten 31 december 1974 (niet: 1975)

 

ON II:

gesloten 1971 (niet: 1974)

 

ON IV:  

gesloten 1967 (niet: 1974)

 

 

 

p. 246 en 248, Deutz fabrieksnummer 56412 “Pucky

Volgens de Deutz leverlijst is fabrieksnummer 56412 op 29.09.1956 via Spoorijzer afgeleverd aan de NV Ned. Opslagmaatsch. (NOM) in Rotterdam. Het bouwjaar is dus 1956 (niet 1957).

 

p. 248                                     

“De steenberg van 25 miljoen m3” moet zijn “De steenberg van 25 miljoen ton”.

 

p. 248, Kaderstukje HO modellen van Nederlandse industrielocs

De door Baume & Marpent gebouwde Hoogovens locs 46-48 moet zijn 44-46.

 

p. 248

Bij noot a) is i.p.v. loc 3 t/m 16 bedoeld 3 t/m 6.

 

p. 249, ABR

2369  (→) was bedoeld als 2369 (?). Het bouwjaar is 1964 (niet 1970); de periode 1964 -1970 werd bij Solvay in Antwerpen doorgebracht.

 

p. 249, Allan NS 2328

De eerste drie ingevulde kolommen van de 2de regel moeten een kolom naar rechts opschuiven.

 

p. 249, Allrad                         

Het juiste type van de Minilok van het GVB is DH60-L (niet DH 90).

 

p. 250, Barclay fabrieksnummer 360

Door dhr. Herman van ’t Hoogerhuijs genoemde foto’s tonen de afvoer van de loc bij Pakhuismeesteren op de Vondelingenplaat (niet Pernis) op 30 maart 1964; dit is ook in overeenstemming met een kort artikel in het personeelsblad Langszij. Het eindjaar bij Pakhuismeesteren is dus 1964, al zal de loc na de aankomst van zijn opvolger (een O&K MV6) in 1962 niet veel meer gebruikt zijn.

 

p. 251, bijschrift bij Figuur 341

Er is sprake van Bemo 109 (of 113) in Zwolle. Het was de auteur domweg nooit opgevallen dat deze Zwolse Railshunters onderlinge verschillen vertonen, met name in de dakopbouw. Zie nu hier. De afgebeelde loc is in elk geval Bemo 109.

 

p. 251, Bemo fabrieksnummer 110

Het beginjaar bij Standic in Dordrecht is 1997 (niet in 1996).

 

p. 252

Zie correctie bij p. 173 voor Cockerill 3603.

 

p. 253, tabel Cockerill

De laatste twee regels die bij Cockerill 3739 staan, horen daar niet bij, maar bij Cockerill 3766. Dit deel van de tabel hoort er als volgt uit te zien:

 

Cockerill

3739

Bdh

1960

1960 - 1977

NH

Velsen

Hoogovens 472

 

 

1977 -

België

Hainaut-Sambre

 

 

Cockerill

3740

Bdh

1960

1960 - 1977

NH

Velsen

Hoogovens 473

 

 

1977 -

België

Hainaut-Sambre

 

 

Cockerill

3741

Bdh

1961

1961 -

NH

Velsen

Hoogovens 474 → CWW

 

Cockerill

3766

Bdh

1960

1960 - 1980

NH

Velsen

Hoogovens 401

 

1980 - 1981

ZH

Botlek

Akzo MEB

 

 

1981 - 1984

Ut

Utrecht

Demka

 

 

1984 - 1987

NH

Velsen

Hoogovens 401

 

 

1987 -

België

Luik

Locorem (handelaar)

 

 

 

Cockerill 3853 is jaren aan de SSN in Rotterdam uitgeleend geweest; Rotterdam ligt in ZH en niet in NH.

 

 

p. 253, CW (Centrale Werkplaatsen)

Hier ontbreekt:

 

CW Zwolle

Fabrieks-

nummer

Soort

Type

Bouw-

jaar

Periode

Provincie

of land

Plaats

Bedrijf en bedrijfs-

nummer of naam

 

 

4

Bode

NS 281

1938

19xx–2007†

U

Utrecht

Nedtrain, HTMU

 

Deze sik is volgens Stichting De Locomotor in juni 2007 gesloopt.

 

p. 254, Deutz fabrieksnummer 55444

Deze loc reed in de Staalgieterij van Demka in Utrecht. Die is uiteindelijk (als onderdeel van SMDK) in 1977 gesloten. Daar vanuit gaande zou het eindjaar zal 1977 moeten zijn en de loc zou in 1977 naar Hollandia Schroot zijn gegaan. In 1975 arriveerde echter de gebruikte loc Schöma 2436 in Utrecht, die (blijkens een bijschrift van foto van dhr. Bonthuis) bestemd was voor SMDK, dus voor de staalgieterij. Mogelijk heeft de Schöma de Deutz dus al in 1975 verdrongen.

 

p. 254, Deutz fabrieksnummer 55545

De overbrenging vond plaats op 1 november 2002. Het verblijf bij Nedtrain was dus in de periode 1998 – 2002, niet 1998 – 2003.

 

p. 255, Deutz fabrieksnummers 56373 en 56403

De einddatum bij Oosterwijk is voor zowel 56373 als 56403 ~ 1978 (i.p.v. 19xx respectievelijk blanco).

 

p. 255, Deutz fabrieksnummer 56437

De eindatum bij Cronifer in Delft is niet 1993, maar ~ 1993.

 

 

p. 256, Deutz fabrieksnummer 56551

In plaats van het blanco eindjaar bij Dow kan 1962 worden ingevuld.

 

p. 256, Deutz fabrieksnummer 56769

Het eindjaar bij Staatsmijnen en het beginjaar bij Enka in de Kleefse Waard bij Arnhem is 1969 in plaats van 1971.

In een foto-album van NS Lijnwerkplaats/Nedtrain Onderhoudscentrum Zwolle is het volgende te vinden (met dank aan dhr. Jan Brinks):

De loc arriveerde in 1983 vanuit Enka Arnhem in de Lijnwerkplaats Zwolle. Vanwege geheel versleten wielbanden was vervoer over de weg niet mogelijk en vond het transport per dieplader plaats. Na het afdraaien van de wielbanden vertrok de drieasser naar Enka Emmen. Het jaartal 1984 had dus 1983 moeten zijn.

 

p. 256, Deutz fabrieksnummer 56836

In plaats van blanco kan als  einddatum bij Oosterwijk  ~ 1978 † ingevuld worden.

 

p. 257, Deutz fabrieksnummer 57448

Het bedrijfsnummer bij Werkspoor was 6 (niet 5).

 

p. 257, Deutz fabrieksnummer 56770

Achter het eindjaar 1986 had het sloopsymbool † moeten staan.

 

p. 259, English Electric

Hier ontbreekt:

 

English Electric

Fabrieks-

nummer

Soort

Type

Bouw-

jaar

Periode

Provincie

of land

Plaats

Bedrijf en bedrijfs-

nummer of naam

 

 

?

Cde

NS 673

1955

2006 - 2009

U

Utrecht

Nedtrain, HTMU

 

 

 

Verder:

- is de voormalige NS 541, alias DSM 7, niet in 2005, maar in 2004 naar Beverwijk gekomen.

- is het beginjaar van de voormalige NS 654 bij Railion in Beverwijk niet volledig weergegeven; dit moet 2002 zijn.

 

Let op: de English Electric locs op p. 259 staan niet precies op volgorde van fabrieksnummer: de regel met EE 2144 staat niet op de goede plaats en EE 2109 staat voor EE 2108.

 

 

p. 260, General Electric fabrieksnummer 36983

Achter het eindjaar 1988 had het sloopteken † horen te staan.

 

p. 261, Henschel fabrieksnummer 25481

Het blanco gelaten eindjaar bij O&K is 1995.

 

p. 263, Hibberd fabrieksnummer 3494

Vast staat dat deze loc in 1963 in Emmen vervangen is door O&K 26201 en in 1965 bij Enka in de Kleefse Waard bij Arnhem is gesloopt. Het is onbekend wanneer de loc van Emmen naar de Kleefse Waard is gegaan. Dat kan in 1963 geweest zijn (zoals gedrukt) maar ook in 1964 of 1965.

 

p. 263, Jung fabrieksnummer 13265

Als einddatum bij Conrail in Roosendaal had 2008 genoemd moeten worden, omdat Conrail immers na 2008 niet meer bestond. De loc is in 2010 gesloopt bij v/d Heg in Nijkerkerveen.

 

p. 263, Jung fabrieksnummer 14152

De loc was tot in 2002 (niet 2001) bij Exxon aanwezig.

 

p. 266, Moyse 1251

De overbrenging van Tilburg naar Velddriel vond plaats op 1 november 2002. Het verblijf bij Nedtrain was dus 1998 – 2002 (niet 2003).

 

p. 266

Bij Moyse 1349 moet Bdh staan en bij 1434 Bde (dus omgekeerd).

 

p. 267, Niteq fabrieksnummer B.212

Het blanco gelaten eindjaar in Zwolle is 2007. Bij de Watergraafsmeer gaat het uiteraard om Nedtrain, niet om Nedtrein.

 

p. 267, Niteq fabrieksnummer B.251

Fabrieksnummer B.251 is van het type 4000-U (niet 4000-E).

 

p. 267, Noury & van der Lande

De geschiedenis staat correct op p. 151: Ergens tussen 1928 en 1934 is er een dieselloc van onbekende makelij gekomen. Deze is in eigen beheer in of voor 1942 (niet: 1946) omgebouwd tot Eloc.

 

p. 268, O&K fabrieksnummer 2283

Het is bekend dat de later “Pluisje” van de Gasfabriek in Den Haag naar Hoogovens ging vanwege de overschakeling van Den Haag op aardgas in 1962. Dat wil niet zeggen dat de loc in 1962 verhuisde. Er had daarom ↑~ 1962 moeten staan.

 

p. 268, O&K fabrieksnummer 6971

In de kolom Periode (van inzet) had voor “Japie” 1936 -1969 (in plaats van 1936 -   ) moeten staan.

 

p. 268, O&K fabrieksnummer 8330

De levering van de loc aan de Arnhemse Stoomsleephelling Mij ASM is alleen bekend uit een leverlijst van O&K in Amsterdam. Eind 1978 werd de ASM stilgelegd. In maart 1979 werd de inventaris geveild. De loc werd niet specifiek in de inventarislijst genoemd; de Unimog wel. Op een foto uit 1978 is spoor te zien. Als eindjaar had hier dus ≤ 1978  (niet 1978) moeten staan.

 

p. 268, O&K fabrieksnummer 25408

Het is niet zeker wanneer deze MV6 bij de suikerfabriek in Roosendaal in dienst is gekomen. In 1967 was ze in elk geval nog bij de ZNSF, waarna nog een omvangrijke verbouwing bij O&K in Amsterdam volgde. Als beginjaar in Roosendaal had er daarom  ≥ 1967 in plaats van 1967 moeten staan.

 

p. 269 O&K fabrieksnummer 25822

Het bouwjaar van deze loc is 1959 (niet 1958).

 

p. 270, O&K fabrieksnummer 26526

Toen deze loc in 2002 naar Bemo ging, zat deze firma nog niet in Warmenhuizen, maar in Waarland.

 

p. 270, O&K fabrieksnummer 26540

Deze MB5N is pas in 1997 (en niet in 1984) bij de Gebroeders Broere in Dordrecht verdwenen en naar het tot hetzelfde concern behorende TTR in de Europoort gegaan.

 

p. 270, O&K fabrieksnummer 26552

“Bemo huurpark 121”: zie de opmerkingen over Bemo bedrijfsnummers bij p. 175 hierboven.

 

p. 270, O&K fabrieksnummer 26612

Achter het eindjaar 1996 bij Kemira had het sloopteken † horen te staan.

 

p. 272, O&K fabrieksnummer 26802

De loc gaat in Delden als “Bennie 1” door het leven.

 

p. 272, O&K fabrieksnummer 26811

Ter verduidelijking: deze loc kwam nieuw bij de wagenwerkplaats in Duisburg-Duissern van VTG. NedTrain kocht de wagenwerkplaats (inclusief de loc) en deed ‘m in 2004 over aan Westdeutsche Rail Service GmbH (WRS). Dat laatste verklaart het bedrijfsnummer WRS2.

 

 

p. 272/273

Hier had nog de door O&K in Amsterdam gebouwde loc (Figuur 153) horen te staan.

 

 

p. 273, bij de Oberursel van de Coöperatieve Melkfabriek in Bedum:

Het bouwjaar had vermeld moeten zijn als ongeveer 1921 en niet exact 1921. Er is geen Oberursel fabriekslijst; 1921 is geschat op basis van het openingsjaar van de fabriek.

 

 

p. 273, bij de Oberursel van Radio Kootwijk

Deze loc werd Jumbo genoemd.

 

 

p. 273, Ruston & Horsnby

Met onbekende jaartallen is in het boek niet steeds hetzelfde om gegaan. Soms is het desbetreffende vak blanco gelaten; soms staat er 19xx. Het kan minder vaag: gezien de foto Figuur 52 had voor de Ruston van de Kristalunie beter ≥ 1963 ingevuld kunnen worden.

 

p. 273,  Schöma fabrieksnummer 2393

Bij de naam van de eigenaar dient “Amsterdamsche” te vervallen.

 

 

p. 274, fabrieksnummer Schwartzkopff 9932

Er had hier moeten staan 9932?/, waarbij het vraagteken slaat op twijfel aan het Schwartzkopff fabrieksnummer 9932. Dat fabrieksnummer is er namelijk op gebaseerd dat het om de locomotor NS 116 zou gaan. De VSM locomotor heeft inderdaad Schwartzkopff aspotten, maar (zoals uit voetnoot 127 en 124 blijkt) een ooggetuige heeft bij Spoorijzer in Delft voor ombouw zien staan de NS 112, 114, 122, …. Daar staat de NS 116 dus niet bij; het zou dus om de NS 112 of 114 moeten gaan.

 

 

p. 274, de 5de regel van onderen (waar rechts staat: Sphinx (monument))

Onder deze regel is een daarbij behorende regel weg gevallen. Verder is bij Spoorijzer fabrieksnummer 14 het eindjaar bij Hollandia Schroot ten onrechte als beginjaar vermeld. Het had er in deze buurt als volgt uit moeten zien:

 

 

 

Fabrieks-

nummer

Soort

Type

Bouw-

jaar

Periode

Provincie

of land

Plaats

Bedrijf en bedrijfs-

nummer of naam

 

Werkspoor/

Bbm

Locomotor NS 1xx

1931 of 1932

 

 

 

 

 

Spoorijzer

14

Bdm

~ 1951

19xx-1981†

ZH

Rotterdam

Hollandia Schroot

 

Werkspoor/

?

Bbm

Locomotor NS 1xx

1931 of 1932

 

 

 

 

 

Spoorijzer

15

Bdm

 

~ 1951

1951-1961

L

Maastricht

Sphinx 5 (momument)

 

 

 

p. 275, Vollert fabrieksnummer 88/090

Het eindjaar bij Nedtrain aan de Zaanstraat is weggevallen; dit is 2004.

 

p. 275, Vollert fabrieksnummer 93/073

De geschiedenis is fraai verwoord op de website Feijenoordse meesters: http://www.feijenoordsemeesters.nl/Anekdotes.htm. Exacte gegevens levert dat niet op. De loc is van NS Infra Services naar de NBM overgegaan, waarschijnlijk omstreeks 1997, ten tijde van de boedelscheiding van NS.

Het is een kwestie van smaak welk jaar men als de overgang van NBM naar Shunter beschouwt: volgens Railmag. 202 heeft de NBM de Vollert sinds 10 okt 2002 bij Shunter gestald, maar vond de overdracht pas op 10 februari 2003 plaats.

 

 

p. 275, Werkspoor fabrieksnummer 610

Het bouwjaar is weg gevallen; dit is 1930.

 

 

p. 275, Werkspoor fabrieksnummer 611

Achter het eindjaar ~1985 had het sloopsymbool † moeten staan.

 

p. 276, Werkspoor fabrieksnummer 651

Dez Sik is in 2000 (niet 2002) naar Steinweg gegaan.

 

 

p. 276, Werkspoor fabrieksnummer 736

Deze PEN 2 kon aanvankelijk zowel op bovenleiding als op een derde rail rijden. In de soort - Boe – kunnen deze twee mogelijkheden niet tot uiting worden gebracht. In 1949 werd de  loc van accu’s voorzien en verviel de derde rail.  De PEN 2 kon vanaf toen zowel op bovenleiding als op accu’s rijden. De soort was daarom Boe/B-accu geworden.

 

 

p. 277, Werkspoor fabrieksnummer 771

Deze sik ging in 1997 (niet: 1998) bij Corus Buizen aan de slag.

 

p. 276, Werkspoor fabrieksnummer 807

De soort was niet Boe, maar Boe/B-accu. Dat wil zeggen: de PEN 3 kon zowel op bovenleiding als op accu’s rijden.

 

p. 277, Werkspoor fabrieksnummer 891

Deze ex-NS 354 had bij Hollandia Schroot het bedrijfsnummer 7, zoals te zien is op onderstaande foto. Dat is merkwaardig, want van de vele andere locs bij Hollandia Schroot in Amsterdam zijn geen nummers bekend. Wel is een nummer 6 van Hollandia Schroot in Rotterdam bekend.

Een verklaring zou zijn dat nummer 6 uit Amsterdam is overgekomen (of juist nummer 7 uit Rotterdam). Een andere mogelijkheid is dat Hollandia de locs van de verschillende vestigingen doorlopend nummerde.

↓ Foto J.A. Maassen, Hollandia Schroot Amsterdam, oktober 1975 ↓

 

Sik Hollandia 7.JPG

 

 

p. 278, Wilton Fijenoord

F(e)ijenoord werd door onder andere de werf en de voetbalclub verschillend gespeld. De werf was Wilton Fijenoord, zoals uiterst rechts staat; dit had ook uiterst links moeten staan.

 

p. 278, Windhoff fabrieksnummers 130590/1 en 130590/2

Deze nummers moeten omgewisseld worden.

 

p. 279, Windhoff fabrieksnummer 260059

In 2007 eindigde het kwakkelende spoorvervoer bij General Electric helemaal, dus de merkwaardige loc zal ≤ 2007 verdwenen zijn.

 

 

p. 279, Windhoff fabrieksnummer 260077

De loc verwisselde Crailo voor de Zaanstraat in 2002 (niet in 2001).

 

 

p. 281/Tabel 9: zie ook de opmerkingen bij p. 87/Figuur 139 hierboven voor wat betreft het Diema type DVL150.

 

Voetnoot 24

Hendrik Bouwknegt en Henk Kolkman, “Spoorvervoer bij Yara”, RM 235 (juni 2006), p. 32.

 

Voetnoot 217

Henk Sluijters, “Bonna-locomotief naar RTM”, Smalspoor 64 (2003).

 

 

 

 

 

 

 

{

naar aanvullingen

 

Terug/verder naar:

 

 

 

Nieuw                      Home                      Inhoud