► Nieuw ◄ ► Zoeken ◄ |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Deutz DG types
1000 BBM en DG 1200 BBM laatst bijgewerkt: 16-08-2024 |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
↑ Bron van de tekening: Deutz
folder uit 1965[1] ↑ Een eigenaardigheid van het Deutz
ontwerp was de tussenbak in de draaistellen. Die wordt hieronder besproken
onder de kop cardanaandrijving. De
verwarmingsketel (voor reizigerstreinen) kon als extra besteld worden. In de
tekening in [2]staat als radstand van de draaistellen 3100 mm i.p.v.2800 mm |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Inleiding De DG 1000 BBM was het kleinste type draaistelloc voor normaalspoor dat door Deutz werd aangeboden. Het gaat om een Dieselhydraulische loc met cardanassen (Gelenkwellen) en twee tweeassige draaistellen (BB). De Deutz watergekoelde BT12M625 turbodieselmotor (B = Turbo; TM = tweetact; 12 = aantal cilinders; 25 = slag in cm) levert 1000 pk bij 750 omwentelingen per minuut. Hoewel de M in het loctype DG 1000 BB M voor middencabine staat, bevindt de cabine zich tussen een lange en een korte motorhuif. Middencabine moet men hier zien als het tegengestelde van de uitvoering met twee eindcabines (een versie die alleen op de tekentafel bestaan heeft; zie model 5a hieronder) en niet als een cabine die zich precies in het midden bevindt. Later kon het vermogen door intercooling worden opgevoerd tot 1200 pk. Daarbij gaat het om het type DG 1200 BBM, dat dezelfde afmetingen heeft als type DG 1000 BBM. Strukton Railinfra heeft vier locs van dit laatste type. |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Zie bijvoorbeeld hier voor voor uitleg over cardanandrijvingen. Andere fabrikanten dab Deutz gebruikten per draaistel één cardanas tussen de Voith bak (of de omkeerbak) in het frame en een as in een tweeassig draaistel en een tweede cardanaandrijving tussen de beide wielassen in het draaistel. Als een draaistel in een boog ten opzichte van het frame over een zekere hoek gedraaid wordt, blijven de ingaande en uitgaande as van de cardanaandrijving niet langer evenwijdig met elkaar. Daardoor ontstaat een zogenaamde cardanfout: als de ingaande as met een constante snelheid draait, zal de uitgaande as met variërende snelheid draaien. Deutz gebruikte daarom –zoals in bovenstaande tekening te zien is– een vast in elk draaistel gemonteerde tussenbak (Abb. 8 hier rechts). Die tussenbak is enerzijds via een holle as en een cardanaandrijving met de Voith bak (of de omkeerbak) verbonden. Deze cardanas vangt de bewegingen van het draaistel op. Anderzijds is de tussenbak via twee cardanassen met de twee wielassen verbonden. Deze laatste cardanassen vangen het inveren van de wielassen op. Omdat de tussenbak in het midden van het draaistel was gemonteerd (de cardanassen moeten immers even lang zijn) kon het draaistel niet met een draaikom worden uitgerust. Het frame rust daarom via onder andere schroefveren op glijplaten op de draaistellen, terwijl de trekkracht door stangen werd overgebracht [2]. De draaistellen kunnen inderdaad een behoorlijke uitslag maken, want de minimale boogstraal wordt opgegeven als 60 meter [2]. De vast in het
draaistel gemonteerde tussenbak [2] → Bovenin komt de cardanas
naar de Voith bak en onderin komen de cardanassen
naar de wielassen. |
|
||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
↑ Loc Monique van
Strukton tijdens de aanleg van de Betuweroute te Valburg op 15 juli 2005↑ |
|||||||||||||||||||||||||
|
Zo zagen de DG 1200 BBM’s van de KBE (Köln-Bonner Eisenbahnen) eruit. Een opvallend detail vormen de luchtreservoirs op de voetplaat, waarboven een extra voetplaat is aangebracht om bij de deuren van de kleine huif te kunnen. ← Foto Pierre de Greeuw: V34 van de KBE, 6-07-1985, Huerth
bij Keulen De KBE verdween in 1992. De V31-V37 gingen grotendeels onder hun oorspronkelijke nummer over naar Häfen und Güterverkehr Köln (HGK), die de zes resterende locs in 2004 verkocht. Van die zes kwam er één bij Strukton in 2004 en in 2007 nog eens twee. Ook ging er in 2004 nog zo’n loc van de HGK naar Strukton die haar loopbaan niet bij de KBE begonnen was, maar bij de Köln Frechen Benzelrather Eisenbahn (KFBE). |
||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Naam bij Strukton |
Nr. bij Strukton |
Deutz fabr.nr. |
Bouw- jaar |
Nummer bij KBE/HGK |
Bij Strukton |
Opmerkingen |
|
||||||||||||||||||
Ankie |
303005 |
57187 |
1961 |
V31 |
2007 - 2021 |
Eind 2021 naar sloper |
|
||||||||||||||||||
303006 |
57188 |
1961 |
V32 |
2007 - 2015 |
december 2015 buiten dienst en ontmanteld. |
|
|||||||||||||||||||
Janine |
303003 |
57471 |
1963 |
V36 |
2004 - 2023 |
Zie hier en foto
hieronder. In 1995 door ABB/Henschel van nieuwe
motor voorzien. |
|
||||||||||||||||||
Monique |
303004 |
57983 |
1966 |
V38 |
2004 - 2024 |
Kwam van KFBE (V76) naar HGK. Zie foto hierboven. In 2023 naar OOC in Oss |
|
||||||||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
↑ Janine van Strukton tijdens de aanleg van
de Betuweroute te Valburg op 15 juli 2005. De luchtreservoirs naast de kleine
motorkap en de afschuining van de voorste motorkap zijn al in Duitsland
verdwenen. Het ligt voor de hand dat de luchtreservoirs de voor de
verwarmingsketel bestemde plaats onder de kleine motorkap hebben ingenomen. De locs zijn in 1995 gemoderniseerd en van een nieuwe motor
voorzien door ABB Henschel (zie ook hier). Ook
is de oude schoorsteen vervangen door een meer naar voren en los van de
cabine staand exemplaar.Detail van Janine van Strukton tijdens de aanleg van
de Betuweroute te Valburg op 15 juli 2005 →. |
|
||||||||||||||||||||||||
Andere Deutz
draaistellocs Deutz presenteerde in 1956 het hieronder gevisualiseerde programma van draaistellocs. Het was geheel gebaseerd op de Deutz twaalfcilinder T12M625 motor. Gekozen kon worden uit: |
|||||||||||||||||||||||||
- |
locs met twee eindcabines (de modellen 5a, 6a en 7a) en locs met een middencabine (de modellen 5b, 6b en 7b) |
||||||||||||||||||||||||
- |
de T12M625 dieselmotor zonder turbo (die 800 pk bij 750 toeren leverde) en de BT12M625 met turbo (1000 pk bij 750 toeren) |
||||||||||||||||||||||||
- |
één of twee van die motoren per loc. In het laatste geval was er sprake van een geheel symmetrische loc met twee van elkaar onafhankelijke aandrijflijnen, waarvan er één kon worden uitgeschakeld als er weinig vermogen nodig was. |
||||||||||||||||||||||||
- |
alleen bij de locs met twee motoren: tweeassige en drieassige draaistellen |
||||||||||||||||||||||||
Het ging om een bouwdoos systeem: alle modellen hadden dezelfde motoren, hetzelfde frame en dezelfde draaistellen. De twee motorkappen van de modellen met twee motoren en middencabine waren gelijk aan de lange motorkap van de modellen met één motor. Deutz begon in 1957 met prototypes van de grootste modellen 6b (DG 2000 BBM) en 7a (DG 2000 CCE). Het prototype van de DG 2000 BBM heeft meer dan zes jaar bij Staatsmijnen gereden. Van dit symmetrische type zijn diverse exemplaren gebouwd. Meer bijzonderheden over de symmetrische draaistellocs worden behandeld onder de tekening van de DG 2000 BBM. Het hier besproken asymmetrische type DG 1000 BBM was het succesvolle model 5b uit het programma van 1956. De locs werden (vanaf 1959) echter niet helemaal gebouwd zoals dat in 1956 voorzien was (vergelijk met de tekening bovenaan de pagina): de radstand van de draaistellen werd korter (2,8 i.p.v. 3,1 m), de achterste motorhuif werd langer en de lengte over de buffers werd groter (13,3 i.p.v. 12,3 m). |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Opmerkingen |
a) |
De draaistellocs sluiten aan op een programma van vier modellen (een tweeasser, twee drieassers en een vierasser) met een star frame en watergekoelde TxM625 motoren (zie hier) en worden daarom in de getoonde folder model 5 t/m 7 genoemd. |
|||||||||||||||||||||||
b) |
Daarnaast produceerde Deutz diesellocs met luchtgekoelde motoren (de types beginnend met A in het tekeningenoverzicht), maar niet als draaistelloc. |
||||||||||||||||||||||||
c) |
De Deutz DG ….M serie met T12M625 motoren werd later nog aangevuld met de DG 1100 BBM en DG 1500 BBM met elektronische regeling [3]. |
||||||||||||||||||||||||
d) |
De meest succesvolle Deutz draaistellocs waren de types DG 1000 BBM met 21 stuks en DG 1200 BBM met 7 stuks, waaronder de vier locs die nu voor Strukton rijden. |
||||||||||||||||||||||||
e) |
Bijzonderheden over de levensloop en foto’s kunnen makkelijk gevonden worden op http://www.rangierdiesel.de door bij Suchbegriff bijvoorbeeld in te vullen het loctype (bijvoorbeeld DG 1200 BBM) of een naam (bijvoorbeeld Janine) of een fabrieksnummer, etc. |
||||||||||||||||||||||||
f) |
Er zullen HO modellen verschijnen, mogelijk ook in de Strukton uitvoering (met dank aan Pierre de Greeuw voor de tip) |
||||||||||||||||||||||||
Bronnen |
[1] |
Deutz folders verkregen van dhr. Co Wesseling (van de firma Logitech, voorheen NS Transportvoorlichting). |
|||||||||||||||||||||||
[2] |
Deutz Lokomotiv-Mitteilungen, Heft 1, 1959. Dit eerste nummer van het tijdschrift is geheel gewijd aan het loctype BT12M625B’B’M (later DG 1200 B’B’M genaamd. Via Deutz importeur Spoorijzer is een exemplaar bij NS Transportvoorlichting (nu Logitech) beland. Het is onduidelijk of er hierna nog meer nummers van het tijdschrift zijn verschenen. |
||||||||||||||||||||||||
[3] |
Roland Hertwig, “Loks aus Köln:
Die Standard-Dieselloks der Klöckner-Humboldt-Deutz AG”, Eisenbahn- Kurier 1988/2, 19-27. |
||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Met dank aan: |
Co Wesseling (van de firma Logitech), Pierre de Greeuw en Martijn Smits. |
||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||
|
|
|
|||||||||||||||||||||||
{ |
|||||||||||||||||||||||||
Terug/verder naar: |
|
||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||