►
Nieuw ◄ ► Zoeken ◄ |
||||||
Paardenspoor in Oss geplaatst: 25 juli 2019 Inleiding Oss was een centrum van de handel in roomboter. De boterhandelaren Antoon Jurgens en Simon van den Bergh slaagden er – onafhankelijk van elkaar – in om voldoende kennis te verwerven om vanaf circa 1871 “kunstboter” (margarine) te produceren. De productie van margarine bracht veel nieuw vervoer met zich mee. Het kwam goed uit dat Oss een station kreeg aan de in 1881 geopende spoorlijn Tilburg-Nijmegen van de Nederlandsche Zuid-Ooster Spoorweg-Maatschappij (NZOS). Station Oss werd geopend voor personenvervoer op 04-06-81 en iets later voor de goederendienst, namelijk op 20-06-1881 [1]. De exploitatie was in handen van de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen (SS). Paardenspoor Al enkele weken na de opening van station Oss vroeg Jurgens de gemeente Oss om vergunning voor een spoorverbinding tussen het station en de fabriek [1]. Op 1 september 1881 werd het verzoek herhaald, nu ook namens de firma S. van den Bergh. Op 15 oktober 1881 werd vergunning verleend aan de firma Anton Jurgens en de firma Simon van den Bergh voor het maken van een paardenspoorweg tussen het goederenstation en hun fabrieken [1,2]. Enkele artikelen uit de gemeentelijke concessievoorwaarden [2]: Artikel 3 “De vergunning wordt verleend voor de tijd van dertig jaren……” Artikel 5 Over de technische uitvoering was in eerste instantie weinig voorgeschreven. De concessiehouders moesten binnen 3 maanden tekeningen aan de goedkeuring van B&W onderwerpen, waaronder “Een teekening op de ware grootte van de spoorstaaf met de bevestiging op den onderbouw van den spoorweg” Artikel 21 “Het spoor mag met niet meer dan twee wagens achter elkander bereden worden. De paarden zullen zich met geen meerdere snelheid dan stapvoets mogen bewegen.” Een impressie uit [3]: “Zag men vroeger honderden karren op de baan, ter vervoer van de goederen voor de boterfabrikanten te Oss, sedert de opening van het spoor was het slechts een druk verkeer met het station. Ook dat zal nu ophouden, daar het goederenspoor door de gemeente, voor rekening van de heeren S. v. d. Bergh en de firma Ant. Jurgens, gereed is, en de goederenwagens in de fabrieken gelost en geladen zullen worden. In betrekkelijk korten tijd werd het lijntje voltooid, als men in aanmerking neemt, dat op dien korten afstand niet minder dan vier draaischijven moesten worden aangebracht. Zie opm a). Naar men verneemt zal de lijn eerstdaags feestelijk geopend worden.” |
||||||
Traject De lengte van het traject
van de draaischijf bij het station tot de draaischijf bij Jurgens (zie
onderstaande kaart) bedroeg circa 780 meter. |
||||||
, |
||||||
Het
paardenspoor ofwel stamlijn 1882 - 1919 begon met een draaischijf op het
goederenstation, stak het hoofdspoor over en liep dan door de Molenstraat vrijwel
kaarsrecht naar het noorden, tot een draaischijf bij v.f.Bergh. Een klein
stukje verder werd een draaischijf op het terrein van de firma Jurgens
bereikt. De diameter van de draischijven was circa 4,5 meter, zo bleek uit
een opgegraven exemplaar[4]. Deze kaart staat ook in [1]. |
||||||
|
||||||
Van den Bergh Van den Bergh verhuisde al
in 1891 naar Rotterdam en maakte dus nog geen 10 jaar gebruik van het
paardenspoor. Foto’s lijken er niet te zijn, maar er is wel een affiche,
waarvan hieronder een deel is weergegeven (zulke affiches , briefhoofden en
dergelijke geven meesal een overtrokken beeld van de werkelijkheid.): |
||||||
|
||||||
Het spoor links
waarop 2 wagens staan is het spoor door de Molenstraat naar het station.
Nadat Van den Bergh vertrokken was had de draaischijf alleen nog als functie
een scherpe bocht te kunnen nemen. De draaischijf is in 1903 verwijderd en
door een boog vervangen (zie de bovenstaande plattegrond). Bron: Titus
Brandsma Parochie Oss. |
||||||
Jurgens Er zijn diverse foto’s waarop de rails van het paardenspoor te zien zijn. Als voorbeeld: De fotograaf staat ongeveer op de overweg met de hoofdspoorlijn. Het
paardenspoor heeft die hoofdspoorlijn gekruist en gaat met een ruime boog de Molenstraat in (zie de kaart hierboven). Foto:
Stadsarchief Oss (zie daar voor meer foto’s) → Een foto met een paard in actie zou nog interessanter zijn. En zo’n foto bestaat gelukkig: |
|
|||||
|
||||||
Ansichtkaart
van de Wal in Oss. Op de achtergrond de schoorsteen van Jurgens. Daar vandaan
komt een wagen getrokken door een wit paard. De wagen draagt een lantaarn.
Voerman Bertus van der Steen loopt (vanuit de fotograaf gezien) rechts naast
het paard en bevindt zich omgeveer op de plaats waar in 1903 de draaischijf
van Van Den Bergh vervangen is door een boog. De foto is dus na 1903 genomen. Bron:
Gerard Ulijn & Paul Budde, Oss in Oude Ansichten deel 2, Europese
Bibliotheek |
||||||
|
||||||
Stoomtram In 1885 werd de tramlijn
Veghel - Uden – Oss (met een spoorwijdte van 1067 mm) geopend. Die tramlijn
was voor de margarinefabrieken van belang, omdat Veghel een haven (aan de
Zuid-Willemsvaart) bezat en Veghel niet. De tramlijn eindigde in Oss echter
aan de zuidkant van het normaalspoorstation, terwijl de margarinefabrieken er
ten noorden van lagen. Mogelijk zijn er daarom op het paardenspoor - op een
normaalsporig onderstel - smalsporige tramwagens uit Veghel vervoerd.
Jurgens’ Margarinefabrieken vroeg namelijk in 1905 goedkeuring aan de
gemeente Oss voor het doorvoeren van tramwagens met behulp van een
normaalsporige rolwagen (zie opm. b) en paardentractie. De SS had dit al
goed gekeurd voor zover het om SS terrein ging [5]. Een citaat uit [6]:
“Tussen de houtloods van Jurgens en de spoorlijn lag vanaf het begin van de
twintigste eeuw ook een spooraansluiting van de toenmalige SS. Via deze
spooraansluiting werd ook het vervoer van goederenwagons van de tram over deze
spoorlijn naar de fabrieken van Jurgens in het centrum van Oss geregeld.
Omdat de tram zogenaamd smalspoor gebruikte, werden speciale normaal-sporige
onderstellen onder de tramwagens geplaatst.” Onbekend is echter volgens
[5] of dergelijke transporten daadwerkelijk hebben plaats gevonden. In [1]
wordt het bestaan van normaalsporige
onderstellen (meervoud) niet betwijfeld. |
||||||
|
||||||
Het einde van het paardenspoor Toen er in 1881 vergunning
werd gevraagd en verleend voor het
paardenspoor, bestond er in Nederland nog geen ervaring met het
gebruik van vuurloze locomotieven
als industrielocomotief. Kort voor de Eerste Wereldoorlog werden er echter
diverse vuurloze locs aangeschaft. Een vuurloze loc was (vergeleken met een
gewone stoomloc) goedkoop in aanschaf, onderhoud en gebruik en gaf geen
rookoverlast. In 1914 – na 32 jaar paardenspoor – kreeg Jurgens toestemming van de gemeente
om een vuurloze locomotief op het paardenspoor te gebruiken. Daarmee mochten
7 (in plaats van 2 met paardentractie) wagens vervoerd worden [1]. Het
paardenspoor moet in goede conditie verkeerd hebben. Bij de aanleg van het
paardenspoor verschenen er korte artikelen in diverse kranten (bijvoorbeeld
in [3]) maar de pers meldde niets over de komst van de vuurloze loc, terwijl
indertijd een vuurloze loc toch meer de aandacht van de Ossenaren zal hebben
getrokken dan een paard. In 1919 werd een nieuwe
stamlijn aangelegd ter vervanging van de lijn door de drukke Molenstraat (zie
de bovenstaande plattegrond). In 1929 verhuisde ook
Jurgens naar Rotterdam; de nieuwe stamkijn bleef in gebruik bij vooral
Philips dat in de fabrieken van Jurgens was getrokken. |
||||||
|
||||||
Conclusies ·
In Oss heeft
maar liefst 32 jaar lang – van 1882 tot 1914 – een paardenspoorlijn
gefunctioneerd. · Voor zover bekend voldeed de paardenpoorlijn goed.
Later reed er een vuurloze stoomloc op hetzelfde traject. · De omstandigheden waren gunstig. Er was maar één
wegbeheerder en dat was de gemeente (bij de Twentsche
Stoom Bleekerij in Goor was sprake van 2 wegbeheerders: de gemeente en
RIjkswaterstraat). |
||||||
|
||||||
Opmerkimgen: |
De journalist lijkt zich
verteld te hebben: op de plattegrond staan 3 draaischijven in het
paardenspoor. |
|||||
Een rolwagen is een lage
normaalsporige wagen waarop één of meerdere smalspoorwagens vervoerd kunnen
worden. Het gebruik van rolwagens vereist de aanwezigheid van een
“oprijdheuvel” waarmee de smalspoorwagens op de rolwagens geplaatst kunnen
worden. |
||||||
|
|
|
||||
Bronnen: |
[1] |
Jacob H.S.M. Veen, De verbindende schakel, Railmagazine speciaalmummer 10, juni 1994. |
||||
[2] |
Historisch Centrum Overijssel, Toegang 0167.10: Koninklijke Twentsche Stoombleekerij N.V. te Goor, daarin inventarisnummer 93: Correspondentie inzake het gebruik maken van de Paardenspoorweg met tracé tekeningen, 1883-1895. Hierin bevindt zich een afschrift uit 1884 van de concessievoorwaarden in Oss. |
|||||
[3] |
De Zuid-Willemsvaart, 11-03-1882. |
|||||
[4] |
De draaischijf van de “Vuurloze” in De Werkende Mens (periodiek van Stichting De Werkende Mens, de historische kring voor Oss en omgeving), mei 1966. |
|||||
[5] |
A. Dijkers, De goederenwagens van de Nederlandse tramwegen, Schuyt & Co, 1996. |
|||||
[6] |
Mark Scholten, Sporen rond De Reuver: Geschiedenis van het vervoer per tram, trein en bus in en rond Oss, Modelbouwvereniging De Wissel, 1997 |
|||||
|
|
|
||||
|
|
|
||||
|
{ |
|||||
Terug/verder naar: |
|
|||||
|
||||||
|
|
|
||||