►
Nieuw ◄ ► Zoeken ◄ |
|||||||||||
|
|||||||||||
DIN kipkarren
|
|||||||||||
|
|||||||||||
Inleiding In Nederland gebruikte kipkarren werden vooral vervaardigd
door Nederlandse fabrikanten dan wel uit Duitsland ingevoerd. In Duitsland
bestonden sinds de dertiger jaren van de twintigste eeuw zogenaamde DIN
normen voor kipkarren. DIN is de afkorting van
Deutsches Institut für Normung. Dit instituut werd in 1917 opgericht.
Omstreeks die tijd ontstonden in diverse landen soortgelijke instituten,
zoals het Nederlands Normalisatie-instituut (dat NEN normen publiceert) en
het British Standards Institution (BSI). Er zijn heel veel normen op het gebied
van materialen en materiaalvormen (bijvoorbeeld U-profielen). Normen
betreffende complete en uit vele onderdelen bestaande producten – zoals
kipkarren – zijn echter zeldzaam. Veronderstel maar eens dat kruiwagens
alleen in drie verschillende modellen (voor drie verschillende groottes) te
koop zouden zijn. Enerzijds is van een
volgens DIN normen gebouwde kipkar doorgaans niet te zeggen is wie de
fabrikant is geweest. Fabrikanten gebruikten bijvoorbeeld wel aspotten met
hun naam er op, maar omdat de onderdelen van verschillende fabrikanten
uitwisselbaar waren konden die bij reparaties makkelijk onder een kipkar van
een andere fabrikant belanden. Anderzijds is een volgens DIN norm gebouwde
kipkar doorgaans direct te onderscheiden van bijvoorbeeld een Spoorijzer
ontwerp. DIN kipkarren kwamen ook in
Nederland veel voor. Ze werden
uiteraard door Orenstein & Koppel in Amsterdam geïmporteerd, maar – zoals
zal blijken – ook bijvoorbeeld door de Nederlandse producenten Oving en
Spoorijzer. Voorbeeld van een norm Het gaat om vrijwillige afspraken tussen
marktpartijen over de eigenschappen van producten op velerlei gebied. Als
voorbeeld een materiaalspecificatie: er bestaan vele soorten roestvast staal
(RVS). De bekendste is 18-8, met 18 % chroom en 8 % nikkel. Dit wordt vaak
geleverd volgens DIN 1.4301. Het is economisch niet haalbaar en technisch
onnodig om precies 18 % chroom in het staal te stoppen. Maar wat mag dan wel
? In de DIN norm staat onder andere dat dit staal tussen de 17½ en 19½ %
chroom moet bevatten. Ook worden belangrijke eigenschappen gespecificeerd,
zoals de minimale en maximale treksterkte en de weerstand tegen “roesten”.
Bij een bestelling van DIN 1.4301 weten de leverancier en de klant dus
precies waar het om gaat en wat er verwacht mag worden. DIN normen voor kipkarren In [1]
wordt een verband gelegd tussen de militaire toepassingen van smalspoor (denk
aan de Eerste Wereldoorlog) en het ontstaan van DIN normen voor smalspoor. Er
blijken niet alleen DIN normen te zijn voor kipkarren, maar ook voor wissels,
klemplaten, etc. De DIN normen voor
kipkarren bevatten tekeningen met de maten en de te gebruiken plaatdiktes, de
sterktes van de te gebruiken profielen en dergelijke. Voor onderdelen als
lummels en wielstellen bestonden afzonderlijke DIN normen. Ze zijn rood
omcirceld in onderstaande, als voorbeeld weergegeven tekening:
|
|||||||||||
|
|||||||||||
↑ DIN
5961 voor een lichte kipkar met een 0,75 kuub bak [2]. Bij de maten van de bak staat “licht”; dat betekent
binnenwerks ↑ Klik op [2]voor een te vergroten afbeelding. De aspotten werden niet
gespecificeerd, maar wel de grootte en positie van de gaten voor de
bevestiging van de aspotten aan het onderstel. Duitse fabrikanten waren
niet verplicht kipkarren volgens de DIN normen te produceren. Het was
verstandig dat wel te doen, want DIN kipkarren stonden als degelijk bekend en
hadden voor de gebruikers het grote voordeel van uitwisselbaarheid van de
onderdelen. Alle DIN normen voor kipkarren gelden voor de in Duitsland gebruikelijke smalspoorbreedte van 60 cm. De verschillende
DIN normen voor kipkarren Ooorspronkelijk waren er
slechts vier types DIN kipkar (DIN 5961 t/m 5964), namelijk voor drie
verschillende inhouden van de bak (¾, 1 en 1¾ kuub), waarbij voor de ¾ kuubs
kipkar zowel een lichte uitvoering (voor duwtractie of paardentractie) als
een zware uitvoering (voor locomotiefbedrijf) bestond. Zoals nog zal blijken
verscheen voor het 1 kuubs type later alsnog een lichte uitvoering. Voor het
grootste type had een lichte uitvoering weinig zin, omdat dat nog te zwaar
zou zijn om met de hand te duwen. Later (pas na 1940) zijn er nog de normen DIN 5970 en 5971 bijgekomen. Daarbij was DIN 5970 slechts een gewijzigde uitvoering van DIN 5961. DIN 5971 was een nieuw type, met veel bekende zaken. Net als bij DIN 5961 ontbraken de boksteunen en het kruisverband. De wielstellen waren die van DIN 5962. De afmetingen van de bak waren dezelfde als die van DIN 5963. In volgorde van oplopende
inhoud en zwaarte gaat het om de volgende DIN normen voor kipkarren: |
|||||||||||
DIN norm |
Toepassing |
Ìnhoud in
kuub |
Eigen gewicht in kg |
Opmerkingen |
|||||||
5961 |
Duwtractie |
0,75 |
330 |
Zie hier (eerst inloggen) en hierboven voor de tekening. |
|||||||
5970 |
Duwtractie |
0,75 |
355 |
Kennelijk latere en licht
gewijzigde uitvoering van DIN 5961. Volgens Dolberg folder geen
aanslagregels. |
|||||||
5962 |
Loc tractie |
0,75 |
442 |
Naar binnen gerichte boksteunen, kruisverband Zie hier voor een tekening; zie ook de Nederlandse tekening
van O&K in Amsterdam hieronder.
Zie daar voor foto. |
|||||||
5971 |
Duwtractie |
1 |
? |
Geen boksteunen, geen
kruisverband. |
|||||||
5963 |
Loc tractie |
1 |
770 |
Boksteunen en kruisverband |
|||||||
5964 |
Loc tractie |
1,75 |
1370 |
Boksteunen en kruisverband Zie voor tekening: hier of hieronder. |
|||||||
Details worden verder naar onderen besproken onder Opmerking d). Nederlandse voorbeelden Hieronder staan Nederlandse
voorbeelden van volgens DIN normen gebouwde kipkarren. Het gaat daarbij doorgaans
om kipkarren waarin specifieke kenmerken van een bepaalde DIN norm prima zijn
te herkennen, maar die door reparaties niet meer aan de oorspronkelijke DIN
norm voldoen. |
|||||||||||
Het gaat om een zwaar uitgevoerd type met een kruisverband en boksteunen. Opvallend is dat de boksteunen naar binnen zijn gericht. De boksteunen moeten de bok verticaal houden. Wat dat betreft maakt het niet uit of ze naar binnen of naar buiten zijn gericht. De naar binnen gerichte boksteunen zijn geknikt om de bak ruimte te geven. Ze kwamen verder – voor zover bekend – bij geen enkel ander type kipkar voor. De Gelderse Smalspoor
Stichting (70 cm spoorwijdte) heeft drie van deze kipkarren. Ze zijn
afkomstig van steenfabriek 't Hoendernest te Empe (tegenover Zutphen aan de
IJssel). Gelderse Smalspoor Stichting,
17-05-2012 → Afwijkend is dat –
kennelijk bij reparatie - in het kruisverband een stuk spoorstaaf (in plaats
van een U profiel) gebruikt is. En nu de Nederlandse
praktijk: |
|
||||||||||
|
|||||||||||
↑
Werkzaamheden van de Heidemij bij Rockanje in 1956(fragment van foto op
GaHetNa, tip van Kees Plug)↑ Uit de
hoogte van de aanslagregels volgt een spoorwijdte is 70 cm. De twee linker
kipkarren komen uit het verhuurpark van Oving en zullen door Oving gebouwd
zijn; de rechtse kipkar is een DIN 5962 model (op 70 cm). De foto illustreert
de verschillen zoals: naar binnen versus naar buiten gerichte boksteunen en
ronde versus rechte afrolwieg. |
|||||||||||
|
|||||||||||
Het monument in Tegelen is een
gaaf voorbeeld van een DIN 5962 kipkar. De spoorwijdte is 600 mm, dus daar
betreft het een echte en geen aangepaste DIN kipkar. |
|||||||||||
|
|||||||||||
Oving catalogus, 1964 [4]→ Het DIN 5962 type komt voor
in de Oving catalogus van 1964, merkwaardigerwijze nog in geklonken uitvoering.
Dhr. J.A.P.M. Meijer denkt dat de foto per ongeluk uit een oudere catalogus
is overgenomen [5]. Oving heeft deze kipkarren nooit zelf gebouwd, maar wel
geïmporteerd [5]. De spoorwijdte is 60 cm zoals te zien is aan de laag
geplaatste aanslagregel op de bak. Volgens het bijschrift in de catalogus
zijn er geen boksteunen. Die zijn er echter wel (zie de rode pijlen), maar ze
zijn –conform DIN 5962 - naar binnen gericht. |
|
||||||||||
Van O&K in Amsterdam is een vernederlandste tekening bekend: |
|||||||||||
|
|||||||||||
↑ Tekening van O&K in Amsterdam,
gedateerd (linksboven) 18-08-1948 [4] ↑ |
|||||||||||
Omdat de Tweede
Wereldoorlog nog maar kort geleden was, is het logisch dat O&K het Duits
in de oorspronkelijke tekening door Nederlands verving. Opvallend is dat er
wel vermeld wordt dat het om een DIN kipwagen gaat (dat was in 1948 kennelijk
al een begrip), maar dat het DIN nummer (5962) niet genoemd wordt. De
typische naar binnen gerichte boksteunen zijn nauwelijks te zien omdat ze in
het zij-aanzicht getekend zijn als strips in plaats van hoeklijnen (vergelijk
met deze foto en deze tekening). |
|||||||||||
|
|||||||||||
|
|||||||||||
Gelderse Smalspoor Stichting,
steenfabriek Randwijk, 17-05-2012 → Sinds eind 2005 maakt de GSS
gebruik van het terrein van Steenbakkerij 'Randwijck' aan de Rijn bij
Heteren. Op dat terrein bevinden zich – behalve de kipkarren die de GSS heeft
meegebracht - zes voor 70 cm spoor aangepaste DIN 5963 kipkarren die vroeger
door Randwijck gebruikt zijn. Op de onderstellen zijn de letters IVB en
nummers opgelast. Dat betekent dat de kipkarren ooit deel hebben uitgemaakt
van het IVB huurpark. Waarschijnlijk zijn ze door IVB geassembleerd. Ze zijn later voorzien van
Spoorijzer aspotten. Deze GSS kipkarren staan
niet op de Nederlandse Museummaterieel Database, (omdat de foto’s daarvan nog
op de vorige GSS locatie zijn genomen). |
|
||||||||||
Wel op de Nederlandse Museummaterieel
Database staat deze
kipkar met O&K aspotten, afkomstig van Steenfabriek Wolfswaard bij
Opheusden. En nog een kipkar uit
het IVB verhuurpark, zonder aspotten en wielstellen, met IVB nummer 69. |
|||||||||||
De Stoomtrein Katwijk
Leiden heeft één voor 700 mm spoorwijdte aangepaste DIN 5963 kipkar. Deze wagen is afkomstig van
steenfabriek Staartjeswaard uit Beuningen en is tegelijkertijd met
motorlocomotief 68 aan de collectie toegevoegd. Vermoedelijk is deze wagen
afkomstig van Orenstein & Koppel. Dat is althans te lezen op de aspotten.
De wagen is vrij modern van constructie en is volledig gelast. Stoomtrein Katwijk Leiden, 22-07-2011 Foto: Kees Plug→ Zoals bij alle DIN
kipkarren is er een halfronde afrolwieg
- met de open kant naar boven - tegen de bak bevestigd en rolt die af op een bok met een rechte bovenkant. De boksteunen zijn gewoon
aan de buitenzijde geplaatst. |
|
||||||||||
Oving catalogus, 1964 [4]→ Ook het DIN 5963 type komt voor
in de Oving catalogus van 1964, weer in geklonken uitvoering. De
vergrendeling is merkwaardig ouderwets en stemt niet met de DIN normen
(automatische vergrendeling met lummels) overeen. De spoorwijdte is 60 cm. |
|
||||||||||
DIN 5964 |
|||||||||||
|
|||||||||||
↑ Deze tekening van een DIN
5964 kipkar hoort bij een offerte uit 1959 van de Duitse firma Auerbach aan de steenfabriek Daams. Onbekend is wat de K
achter 5964 betekent [3]. Foto van Kees Plug van nr. 112 van de
Stoomtrein Katwijk Leiden, 14-08-2011 → Dit is een kipkar voor 60
cm spoorwijdte, onderdeel van een serie van 20 stuks die in 1959 gebruikt
geleverd zijn door Walter Auerbach uit Dortmund aan steenfabriek Copera
(Daams). De door Auerbach gestuurde tekening staat hierboven. De Stichting
Rijssens Leemspoor heeft als K20 eenzelfde kipkar, ook afkomstig van steenfabriek
Copera in Lobith. In beide gevallen
(Katwijk-Leiden en Rijssen) gaat het om gave voorbeelden van een DIN 5964
kipkar. |
|
||||||||||
Spoorijzer had dit type als
KW 6 in het programma.
Dat was het enige DIN type dat SIJ leverde. Het vermoeden is dat Spoorijzer
deze wagens importeerde en zonodig voorzag van wielstellen met smallere
wielbanden om ze geschikt te maken voor een spoorwijdte van 70 cm. |
|||||||||||
|
|||||||||||
Conclusies: |
1) |
De spoorwijdte in de DIN
normen is steeds 60 cm. Het staat vast dat in elk geval in de Oving catalogus
DIN kipkarren staan die uit Duitsland geïmporteerd werden. Bij Spoorijzer is
dat waarschijnlijk voor het model KW 6 en O&K in Amterdam zal de kipkarren van O&K
in Duitsland betrokken hebben. |
|||||||||
2) |
Uiteraard kan een DIN
kipkar aangepast worden voor gebruik op 70 cm en dat gebeurde ook. Strikt genomen is er dan geen
sprake van een echte DIN kipkar. |
||||||||||
3) |
Steeds is er in de DIN
normen sprake van een halfronde afrolwieg die met de open kant naar boven
tegen de bak wordt bevestigd en afrolt op een bok met een rechte bovenkant.
Bij de kipkarren van Nederlandse fabrikanten en ook bij de in Duitsland voor
het DIN tijdperk gebouwde kipkarren is dat doorgaans andersom: een rechte
wieg rolt af op een bok met een rond gebogen bovenkant. Het omgekeerde is overigens
niet waar: een kipkar met een halfronde afrolwieg is niet altijd een DIN
kipkar. Bijvoorbeeld de KW
13 en KW 15 van Spoorijzer hebben een halfronde afrolwieg, maar zijn
beslist geen DIN types. |
||||||||||
4) |
De onderstellen hebben steeds
afgeronde hoeken. Rechthoekig onderstellen zoals bij de zwaardere Spoorijzer
modellen KW 5 en KW 13 komen bij de
DIN modellen niet voor. |
||||||||||
Opmerkingen: |
a) |
De nummers van de DIN
normen voor kipkarren zijn anno 2013 voor andere zaken in gebruik. |
|||||||||
b) |
In elk geval voor DIN 5961
en 5962 bestaan ook tekeningen van kipkarren
met rem. |
||||||||||
c) |
De kopse wanden van de
kipbakken in de tekeningen van DIN 5961 en 5962 lopen schuin (zodat de bakken gestapeld
kunnen worden), maar in de tekeningen van DIN 5964 staan de
kopse wanden vertikaal. |
||||||||||
Meer details staan in de volgende tabel [4]: |
|||||||||||
|
|||||||||||
DIN 5962 blijkt nog onderverdeeld te zijn in H en L, waarbij L een grotere wieldiameter en dikkere assen heeft en daardoor ook een iets groter gewicht en een iets grotere totale hoogte. Om een duistere reden heeft DIN 5961 in de tabel een kleinere bak (smaller en lager, resulterend in een inhoud van 0,6 in plaats van 0,75 kuub) dan in bovenstaande tekening. |
|||||||||||
Met dank aan: |
Dhr. J.A.P.M. Meijer (tot 1995 bedrijfsleider van Oving Spoor, later ODS sector spoormaterieel) en de medehobbyisten Rogier Bennebroek, Gerard de Graaf, Peter Lammens en Kees Plug. |
||||||||||
|
|
||||||||||
Referenties: |
[1] |
||||||||||
[2] |
http://www.baggermeyer.de/_b/wagen/muki/Z_muki_DIN5961_0-75cbm_1280.jpg Meer links naar DIN normen voor kipkarren staan op: |
||||||||||
[3] |
Oving catalogus, 1964, in de
collectie van Kees Plug. |
||||||||||
[4] |
Collectie van Kees Plug. |
||||||||||
[5] |
Informatie, kopieën ed. verkregen van dhr. J.A.P.M. Meijer, tot 1995 bedrijfsleider van Oving Spoor (later ODS sector spoormaterieel). |
||||||||||
|
|
||||||||||
{ |
|||||||||||
Terug/verder naar: |
|
||||||||||
|
|
||||||||||