► Nieuw ◄ ► Zoeken ◄ |
|||||||||
|
|||||||||
Spoorijzer hydroloco’s |
|||||||||
|
|||||||||
|
De meest bekende Spoorijzer producten zijn
waarschijnlijk de Railtractoren voor wat betreft smalspoor en de door SIJ
verbouwde ex-NS locomotoren van de serie 100 voor wat betreft normaalspoor.
SIJ heeft echter met meer loctypes voor smalspoor aan de weg proberen te
timmeren. Hiernaast en hieronder staan respectievelijk de
voor- en achterkant van een Spoorijzer folder van een “hydro-loco” [1], een
unicum voor de jaren vijftig van de twintigste eeuw. De naam hydro-loco is
ontleend aan de hydrostatische overbrenging.
SIJ medewerker G.C. Verhoeff [2] ontwierp omstreeks 1953 drie verschillende
tweeassers voor smalspoor. De aandrijving werd
verzorgd door lucht gekoelde Deutz motoren. Type A: 2 cilinders, 28 pk Type B: 3 cilinders, 42 pk Type C: 4 cilinders, 52 pk Ze hadden alle drie een
hoge-druk-oliepomp en een oliemotor op elke as. Met het handwiel werd de
plunjerpomp versteld. Er was een neutrale stand. Door het handwiel steeds
verder naar rechts te draaien ging de loc steeds harder vooruit; door het
handwiel naar links te draaien idem achteruit. De gewichten varieerden
tussen 4 en 8 ton. Zie voor meer gegevens de tabel op het tweede blad van de
folder. Van type A werd nooit een
exemplaar gebouwd. Van de twee andere ontwerpen werd -wegens andere
prioroteiten- pas enkele jaren later een prototype gebouwd [2]. |
||||||||
|
|||||||||
Eerste protoype (type B) |
|||||||||
Deze foto’s zijn
gemaakt door SIJ ontwerper G.C. Verhoeff. Hij kon
zich niet meer herinneren waar en wanneer hij deze proefritten had
gefotografeerd [2], maar dat blijkt uit het volgende: |
|
||||||||
Kees Plug vond in archiefmateriaal van de Hollandsch Duitsche Steenfabriek in Spijk [4] dat daar van 11 tot 27 februari 1958 proefritten hebben plaats gevonden met een hydroloco van 40 pk en 5 ton, met andere woorden van type B. De Hollandsch Duitsche Steenfabriek was eigendom van de firma v/h Th.G.J. Daams. Daams was een zeer goede klant van SIJ: de drie steenfabrieken (Daams, Copera en de Hollandsch Duitsche Steenfabriek) ontvingen tussen 15 december 1958 en 15 januari 1963 niet minder dan tien Spoorijzer Railtractoren [4]. Die waren er dus nog geen van allen ten tijde van de proefritten. Wel waren er tussen 1947 en 1953 via SIJ vier Rustons van de type 30DL en 40DL gearriveerd. Op de linker foto hierboven is rechts nog een stukje van een Ruston te zien. Daarnaast leverde Spoorijzer aan Daams spoor en kipkarren en verhuurde het ook spoor en stoomlocomotieven tijdens een aantal campagneperiodes. Na de proefritten ging de hydroloco naar de Jaarbeurs in Utrecht. Zie ook het
onderstaande deel van een SIJ folder [4], dat ook een idee geeft van het
brede SIJ programma (alleen de hydroloco was door
SIJ zelf gebouwd; de andere informatie slaat op vertegenwoordigingen van het
SIJ Handelsbedrijf)↓ |
|||||||||
|
|||||||||
|
|||||||||
Tweede prototype Vanaf 2 februari 1959 tot circa 6 augustus 1959 vertoefde
een tweede hydroloco voor proefritten bij de Hollandsch Duitsche Steenfabriek.
Dit maal was het een type van 50/55 pk en 5 ton [4]. Dit komt overeen met
type C, respectievelijk B. Het ligt voor de hand dat SIJ niet een geheel
nieuwe loc heeft gebouwd, maar het bestaande frame van type B van een 55 pk
motor heeft voorzien. |
|||||||||
De onderstaande foto [3] van een hydroloco zonder cabine en motorkap is met hulp van de SIJ ontwerper -dhr. G.C. Verhoeff- beletterd [2]. De dieselmotor heeft vier cilinders, overeenkomend met type C. |
|||||||||
|
|||||||||
In begin waren er enige kapotte onderdelen. Vervolgens was het bedrijf een aantal weken probleemloos. In april 1959 raakte de oliekoeler defect. Dat duurt tot begin mei. Van 19 mei tot 15 juni was de oliekoeler weer kapot. Begin juli was de aandrijving defect. Daarna reed de loc niet meer bij de Hollandsch Duitsche Steenfabriek tot ze werd opgehaald. Op 6 augustus 1959 was de hydroloco weer terug in Delft [4]. Volgens ontwerper Verhoeff waren
de problemen met de koeling van de olie wel op te lossen, maar kostte dit een
(te) groot deel van het motorvermogen [2]. Ook was volgens hem de loc te duur
in aanschaf en was het potentiële afzetgebied Indonesië. Dit boycotte
Nederland echter wegens het geschil om Nieuw Guinea.
|
|||||||||
|
← De hydroloco was in gekannibaliseerde toestand in elk geval
nog in 1968 bij SIJ in Delft aanwezig, getuige deze door dhr. J.A. Maassen
vanaf de spoorlijn genomen foto. Het tweede prototype blijkt moderner vorm gegeven te zijn dan het eerste en heeft een langere cabine, waar het op bovenstaande foto bovenop de olietank zichtbare instrumentenpaneel inderdaad in zal vallen. Op bovenstaande catalogusfoto is te zien dat voor type B de cabine zo kort was dat de olietank door de motorkap werd bedekt en dat het instrumentenpaneel boven het handwiel was aangebracht. Rechts staat een Ruston smalspoorloc. De locs staan voor de “Motorenhal”, die uit een Amerikaans bouwpakket voor een vliegtuighangaar was gebouwd. Hierin zat het Handelsbedrijf met het daaronder vallende Onderdelenmagazijn en het Revisie- of Reparatiebedrijf. |
||||||||
Met dank aan: |
Kees Plug |
||||||||
|
|
|
|||||||
Referenties: |
[1] |
Spoorijzer folder. Helaas is uw webmeester vergeten van wie hij die gekregen heeft. |
|||||||
[2] |
Collectie van de weduwe C. van Tol. |
||||||||
[3] |
Interviews met dhr. G.C. Verhoeff op 20 juni 1995, 13 april 1996 en 8 maart 1997. Dhr. G.C. Verhoeff was van 1946 tot 1962 als ontwerper werkzaam bij Spoorijzer in Delft. |
||||||||
[4] |
Collectie van Kees Plug. |
||||||||
|
|||||||||
{ |
Spoorijzer (inleiding) |
||||||||
Terug/verder naar: |
|||||||||
|
|||||||||