Welkom

Inhoud

Inleiding

Andere tractie

Spoorwijdte

Producenten

Import & handel

Eigenaars

Materieel

Links

Contact

Nieuw

 

Stoomtractie smalspoor

Stoomtractie normaalspoor

Motortractie smalspoor

Motortractie normaalspoor

 

Sporenplan van de Société Céramique in Maastricht

De Société Céramique (Maatschappij tot Vervaardiging van Fijn Aardewerk en Andere Keramische Voortbrengselen) in Maastricht ontstond in 1859 op de oostelijke Maasoever (Wyck).

 

Maas

 
HPIM3965

Bovenstaande is een fragment van het sporenplan in 1923 van de Société Céramique [1]  

 

Er komen diverse kruisingen en kromtestralen van 30 en zelfs 20 meter in voor. De wisselhoeken zijn 1 : 4, 1 : 3 en zelfs 1 : 2,5 ! Ofwel in graden 14, 18 en 22 °.

Laatst genoemde hoek komt overeen met een kromtestraal van slechts 16 meter. Bij hoofdsporen is de wisselhoek groter dan 1 : 9 (dat wil zeggen gelijk of kleiner dan 6 °).  In model is een wisselhoek van 15 ° gebruikelijk

In principe zou het getoonde sporenplan bijzonder geschikt zijn voor modelbouw, in die zin dat men op een kleine ruimte veel kwijt kan. De wissels zouden zelf gemaakt moeten worden, maar ondanks deze moeite zou men waarschijnlijk de lachlust van collega-modelbouwers opwekken.

Het zal duidelijk zijn dat dit deel van het sporenplan niet bereden kon worden door de locomotieven  en de meeste wagens van de spoorwegmaatschappijen. De Société Céramique beschikte dan ook over eigen wagens (voor vervoer op eigen terrein) en over eigen locomotieven en wel:

- Cockerill stoomlocs met verticale ketel

  Deze hadden een minimale boogstraal van 15 meter en konden dus door iedere boog en iedere wissel op het terrein rijden.

- een ex-NS oersik

  Hiervoor word een minimale boogstraal van 80 meter opgegeven. Toch staat de locomotor in Figuur 60 van dit boek op een

  1 : 4 wissel (de situatie is goed herkenbaar in het sporenplan uit 1923). De minimale boogstralen van locs moeten dan ook als 

  richtgetallen worden opgevat: het is niet onmogelijk om met een loc een boog te berijden met een straal die kleiner is dan het
  opgegeven minimum, maar dan moet de snelheid laag en de loc verzwaard zijn (vanwege het ontsporinggevaar),

  spoorverwijding zijn toegepast, etc.

 

In totaal waren er 45 wissels in 1923.

De Société Céramique fuseerde in 1959 met De Sphinx. De Sphinx-Céramique Gazet (nieuwsblad van en voor het personeel) meldde in augustus 1969: “Op de fabriek in Wyck is men in juli begonnen met het leggen van nieuwe sporen, welke dienen voor het vervoer van sanitair en vuurvaste artikelen en het aanvoeren van stookolie naar het ketelhuis. De uitvoering hiervan was nodig aangezien het oude emplacement niet meer aan de eisen van deze tijd, met steeds langer en zwaarder materieel, voldeed. Het oude spoor dateerde uit 1897 en bevatte ongeveer 15 wissels (er was dus al eerder gesaneerd). In het nieuwe tracé is slechts één wissel aangebracht. Het nieuwe spoor weeg 46 kg per meter (en heeft een lengte van 550 m); het oude 30 kg /m.”

In 1985 verdween de spooraansluiting helemaal. Vanaf 1988 werd er de nieuwe wijk Céramique gebouwd.

 

 

Bronnen:

[1]

Inventarissen van de archieven

van Sphinx en Céramique EAN 1012; inventarisnummer 218: Overeenkomsten met de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen over het gebruik van een verbinding tussen de Société Céramique en de lijn

Maastricht - Eijsden. Met bijlage. 1923.

 

 

 

{

Materieel

Terug/verder naar:

 

 

Nieuw                      Home                      Inhoud