Welkom

Inhoud

Inleiding

Andere tractie

Spoorwijdte

Producenten

Import & handel

Eigenaars

Materieel

Links

Contact

Nieuw

Zoeken

 

Stoomtractie smalspoor

Stoomtractie normaalspoor

Motortractie smalspoor

Motortractie normaalspoor

 

Forten

geplaatst: 19-08-2021, aangevuld 02-09-2021

 

Inleiding

 

Voor algemene informatie over Nederlandse forten zijn de uitstekende websites [1] t/m [3] beschikbaar.

[1] bevat een webpagina over smalspoor: zie hier. Daarin wordt onder andere het volgende genoemd:

·       Het gebruik van tijdelijk (draagbaar) smalspoor voor de aanvoer van bouwmaterialen naar forten in aanbouw.
Hoe de kanonnen en (indien van toepassing) bepantsering werden aangevoerd is voor vrijwel geen enkel fort bekend. Een uitzondering is het Fort  Pampus. Een combinatie van foto’s en krantenartikelen maakt in het onderstaande duidelijk hoe de zware pantserkoepels en kanonnen naar de bouwplaats vervoerd werden.

·       Bij afgebouwde forten kon de munitie per smalspoor van de munitiemagazijnen naar de kanonnen vervoerd worden. Een voorbeeld is de Kustbatterij Diemerdam. Er blijkt daar – verborgen onder braamstruiken – anno 2021 meer smalspoor te liggen dan in [1] genoemd.

Bouw van het Fort aan het Pampus (opm. a)

 

Het Pampus was een door aanslibbing ondiep geworden vaargeul tussen de Zuiderzee en het IJ [4]. Het maken van een voldoende draagkrachtig kunstmatig eiland werd door de Genie in 1887 onderhands gegund aan L. Kalis te Sliedrecht voor f 280.000 [5]. Na een openbare aanbesteding in 1889 bouwde G.A. van Spanje te Amsterdam hierop voor f 579800 een fort. Dit had als taak beschieting van Amsterdam door vijandelijke oorlogschepen te voorkomen. De voornaamste bewapening bestond uit vier 24 cm L/35 kanonnen (opm. b). Die waren opgesteld in twee draaibare pantserkoepels, die de kanonnen tegen vijandelijk granaatvuur moesten beschermen.

Oorspronkelijk bijschrift: “Gezicht op de pantseringen na afloop van de montage, 17 September 1892”

Foto: Gustaaf Oosterhuis; collectie Stadsarchief Amsterdam.

Links 3 hoogwaardigheidsbekleders; rechts is een groepje werklieden al bezig met de opbraak van het bij de montage gebruikte spoor. Deze personen geven een idee van de grootte van de pantserkoepels.

De pantserkoepels en kanonnen werden geleverd door de indertijd op dit gebied bekende Gruson fabriek in Magdeburg-Buckau (opm. c).

Hoe kreeg men de enorme pantserkoepels ter plekke ? Die vraag is te beantwoorden met behulp van fotoreportages van Gustaaf Oosterhuis en krantenartikelen [5]. Een citaat uit [6]:

“Door den fabrikant H. Gruzon te Buckau- Maagdenburg worden de pantserplaten geleverd voor het fort in den Pampus, in de Zuiderzee. De pantserplaten, waarvan enkele 30 tot 40 duizend kilogram (30 tot 40 ton) zwaar zullen zijn, worden aangebracht op spoorwagens in het bijzonder daartoe ingericht.”  Rechtsonder in onderstaande foto ziet men zo’n spoorwagen. Het is een platte wagen op twee tweeassige draaistellen.

Oorspronkelijk bijschrift: “Overladen van pantserplaten aan de Handelskade te Amsterdam

Gezien in westelijke richting naar het IJ; circa 17 juni 1892.

Foto: Gustaaf Oosterhuis; collectie Stadsarchief Amsterdam.

Een pantserkoepel bestond dus uit een aantal delen. Die noemde men pantserplaten, hoewel deze gietstukken zeker niet de vorm van platte platen hadden. Verder met het citaat uit [6]:

Nu wordt dezer dagen aan den kop van de Handelskade, ten zuiden van het gebouw voor algemeenen dienst, door dien fabrikant een beweegbare kraan gesteld, om die pantserplaten van de spoorwagens te lichten en te plaatsen op de lorries (kleine lage spoorwagens) waarmede de platen worden gebracht onder de groote stoomkraan, die ze vervolgens met lorrie en al plaatst op de daarvoor speciaal ingerichte vaartuigen, tot vervoer naar de eindbestemming.

Op de bedoelde beweegbare kraan van de fabrikant staat met witte letters Grusonwerk. Deze kraan rijdt op de sporen die men ziet ter linker en rechter zijde van het spoor waarop de spoorwagen staat. Op de beweegbare Gruson kraan wordt later terug gekomen. Aan de waterkant ligt nog een spoor. Dat staat loodrecht op de eerder genoemde sporen en leidt naar de groote stoomkraan. Van die groote stoomkraan is rechts een deel te zien.

De beweegbare Gruson kraan heeft een pantserplaat van de spoorwagen getild en is daarmee naar de waterkant gereden. Daar is de pantserplaat een kwart slag gedraaid door de werklieden die later op de pantserplaat zijn gaan staan. Vervolgens heeft de beweegbare Gruson kraan de pantserplaat op een lorrie gelegd. Onder de groote stoomkraan is al een lorrie met een pantserplaat aangekomen.

 

De groote stoomkraan was in 1880 door de gemeente Amsterdam geplaatst en werd ook mastbok of walbok genoemd. Het hefvermogen was groot, namelijk maximaal 80 ton [7]. De groote stoomkraan kon niet rijden of draaien. Op de foto hieronder zet de groote stoomkraan een lorrie met een pantserplaat op een dekschuit.

Oorspronkelijk bijschrift: “Overladen van pantserplaten aan de Handelskade te Amsterdam”. Gezien vanaf de De Ruijterkade met op de voorgrond het IJ en rechts het gebouw voor de Algemeene Dienst, Oostelijke Handelskade 1-3. Circa 17 juni 1892.

Foto: Gustaaf Oosterhuis; collectie Stadsarchief Amsterdam.

Nog een stoombootje ervoor en de dekschuit kon op weg naar Pampus gaan:

Oorspronkelijk bijschrift:  “Vervoer van pantserplaten naar het fort, 17 juni 1892”.

Foto: Gustaaf Oosterhuis; collectie Stadsarchief Amsterdam.

Na een korte reis over de Zuiderzee werd Fort Pampus bereikt. Voor het lossen van de dekschuit had men een handige methode bedacht. Er kwam namelijk geen hijskraan aan te pas:

Oorspronkelijk bijschrift:  “Lossen van pantserplaten aan het fort, 17 juni 1892”

Foto: Gustaaf Oosterhuis; collectie Stadsarchief Amsterdam.

Op de foto is te zien dat op de dekschuit rails liggen. Daarop staan twee lorries, met elk een ander type pantserplaat. Een citaat uit [8]:

“Die rails sluiten te Pampus aan op rails, die naar het fort loopen en waarlangs de wagens met pantserplaten door middel van een stoomlier omhoog worden getrokken (de kabel is op de foto hierboven te zien). Het belangwekkende werk is ter uitvoering opgedragen aan de Maatschappij Amsterdams Goederenvervoer.

Deze Maatschappij Amsterdams Goederenvervoer had bij een openbare aanbesteding op 7 april 1891 met f  13.380 het laagst ingeschreven voor “Het beschikbaar stellen van werkvolk en stoombooten voor het lossen, vervoeren en opstellen van de pantseringen op het Fort in de Zuiderzee aan het Pampus” [9].

Eenmaal op Pampus aangekomen, werden de pantserplaten overgenomen door een beweegbare Gruson kraan van hetzelfde type als bij de Handelskade actief was. Deze hijskraan plaatste de pantserplaten in de pantserkoepels:

 

Oorspronkelijk bijschrift:  Oostelijke koepel in aanbouw, 30 april 1892”.

Gezien de hoge belastingen liggen de dwarsliggers van de “noodsporen” voor de Gruson kraan dicht op elkaar. Het zou normaalspoor kunnen zijn.

Foto: Gustaaf Oosterhuis; collectie Stadsarchief Amsterdam.

 

De hijskraan werd in [6] als volgt beschreven:

“Deze kraan, zelf over de 10000 KG zwaar, rust op twee hydraulische perspompen, die weder op lorries staan, en langs een noodspoor — ter wederzijde van de koepels (opm. d) geplaatst — kunnen bewogen worden”.

Links op bovenstaande foto is één van de twee tweeassige lorries te zien (de andere bevindt zich achter de pantserkoepel). Verticaal op die lorrie staat een hydraulische cilinder. Aan het hijsen komt geen kabel of lierwerk te pas. Door het uitschuiven van de zuigers in de beide cilinders beweegt het middenstuk van de portaalkraan (en daarmee de hijshaken) omhoog. Op bovenstaande foto staat de kraan in een hoge stand; op de tweede foto van deze webpagina in een lage stand.

De omschrijving in [6] vervolgt:

“De spanning van de kraan (opm. e) — die geheel verticaal is — bedraagt ongeveer 15 meter en daarover loopen twee zwaren ijzeren rollen met haken (opm. f), waaraan de kettingen worden bevestigd om de platen te verplaatsen. De draaischijven (opm. g) op de perspompen werkende kunnen met de hand bewogen worden. Aan elke pers zijn twee schijven en aan elke schijf kunnen twee man plaats vinden”.

Boven de koepel is rechts van het bovenstuk van de perspomp een schoorsteen te zien. Bij de linker lorrie wordt die schoorsteen door de perspomp aan het oog onttrokken. Op de volgende foto is duidelijker te zien dat het om verticale stoomketels (+ schoorsteen) gaat. Die leveren de stoom voor een stoommachine die met een pomp het hydraulisch medium (opm. h) onder druk brengt.

ANWQ00437000001 Blad III. De oostelijke koepel in aanbouw 210 mm.jpg

            Oorspronkelijk bijschrift:  Oostelijke koepel in aanbouw, 6 mei 1892”

Het gedeelte van de foto met de oostelijke koepel is grotendeels weg gesneden om de kraan op een groter formaat te laten zien.

Foto: Gustaaf Oosterhuis; collectie Stadsarchief Amsterdam.

 

In de bovenstaande foto is onder de kraan een voorraad van minstens 5 pantserplaten te zien. Voor één koepel waren onder andere 11 pantserplaten nodig [10]. Wat betreft het tijdsverloop:

·       De eerste pantserplaten arriveerden op de Handelskade op 14-09-1891 [11]: “Gisteren werden op twee spoorwagens de eerste pantserplaten voor dat fort aan de Handelskade aangebracht, en daar door middel van die loopkraan gelost; namelijk een middenschietgatplaat, wegende 38,600 KG. en een voorpantserplaat van 26,800 KG.”

·       Uit de foto’s blijkt dat in elk geval van eind april tot eind juli 1892 aan de montage van de pantserkoepels gewerkt werd.

·       Tot nu toe is nog niet over het transport en de plaatsing van de kanonnen gesproken. Dat komt omdat er geen foto’s beschikbaar zijn. Wat betreft tekst is gevonden:
Gister (06-07-1892) werden door de 30- tons kraan aan den kop van de Handelskade van 2 spoorwagens op een vaartuig overgeladen twee groote kanonnen, elk wegende ruim 20.000 KG. en 30 M.(???) lang. Deze zware vuurmonden moeten dienen op het fort aan den Pampus. De laatste zendingen ijzeren platen tot voltooiing van dat fort worden verwacht [12]”.

·       Eind september 1892 was Fort Pampus zo goed als klaar en werden de kanonnen beproefd [10].

Het transport en de montage van de pantserkoepels had daarmee circa 1 jaar geduurd. Uit de persberichten wordt niet duidelijk wat de vertragende factor was.

 

Het antwoord op de hierboven gesteld vraag “Hoe kreeg men de enorme pantserkoepels ter plekke ?” is tweeledig:

1.     De enorme koepels bestonden uit een groot aantal (elf) pantserplaten die afzonderlijk per spoorwagen en zolderschuit vervoerd werden en op de bouwplaats in elkaar werden gezet. Dit werd niet speciaal voor het vervoer gedaan, want het was onmogelijk de grote pantserkoepels in één stuk te gieten.

2.     Fabrikant Gruson gebruikte speciale portaalkranen op hulpsporen. Op de Handelskade in Amsterdam werden de spoorwagens met zo’n portaalkraan gelost en op Pampus werd eenzelfde portaalkraan gebruikt bij de montage van de pantserkoepels.
Het was echter niet mogelijk om de zolderschuit waarmee tussen de Handelskade en Pampus gevaren werd met de portaalkranen te laden of te lossen. De hulpsporen liepen immers niet tot boven de zolderschuit door. Daarom werd gebruik gemaakt van simpele tweeassige lorries en van een stuk spoor op de zolderschuit. De portaalkraan op de Handelskade plaatste de pantserplaten (of kanonnen) op een lorrie, die vervolgens onder de “groote stoomkraan” gereden werd. Die zette de lorries (voor zover bekend maximaal 2) op de rails van de zolderschuit. Aangekomen op Pampus trok een stoomlier de lorries onder het bereik van de portaalkraan.

 

Van het besprokene is niets meer te zien. De pantserkoepels zijn in de Tweede Wereldoorlog tot schroot verwerkt. Bij de restauratie zijn grotendeels houten koepels geplaatst. Wel ligt in het beton van de hoofdgang nog steeds een spoor met de ongebruikelijke spoorwijdte van 1265 mm. Dat was bedoeld om bij onderhoud zware voorwerpen te verplaatsen [1].

 

De Kustbatterijen Diemerdam en Durgerdam

 

Het Fort Pampus werd op het vasteland geflankeerd door de Kustbatterijen Diemerdam en Durgerdam. Aanvankelijk waren die - net als Fort Pampus – voorzien van 24 cm L/35 kanonnen. Die stonden echter geheel anders opgesteld dan die op Pampus, namelijk in de open lucht. Daarom wordt officieel van kustbatterijen en niet van forten gesproken. Uiteraard stonden de kanonnen in Diemerdam en Durgerdam niet zomaar ergens in de wei. Ze werden beschermd door aarden wallen en een betonnen borstwering. Er stonden verspreid gebouwen – zoals munitiedepots – op het terrein, dat was omringd door een gracht.

De Kustbatterij Diemerdam is in 2006 aangekocht door Stadsherstel Amsterdam. Bij de restauratie in 2012 is ook een modern horeca paviljoen geplaatst [13]. De Kustbatterij Diemerdam behoort tot het Unesco Werelderfgoed en is op bepaalde tijden openbaar toegankelijk. In het volgende gaat het vooral over deze Kustbatterij Diemerdam, want de Kustbatterij Durgerdam is in particulier bezit en is niet toegankelijk.

↑ Een overzicht van de tegenwoordige situatie (uit Google Earth) ↑

Bovenin (aan de andere kant van het water) ligt de Amsterdamsewoonwijk IJburg op kunstmatige eilanden. Ongeveer in het midden en bijna horizontaal loopt de Diemerzeedijk. De twee Corten stalen kunstwerken langs de Diemerzeedijk [14] zijn sterk vertekend. De drie halve cirkels op rij zijn betonnen muren rond de drie geschutsopstelplaatsen langs de Diemerzeedijk. De betonnen muur is tegen een aarden wal gebouwd. Aan de andere kant zijn twee betonnen munitiebunkers L en R tegen de betonnen muur gebouwd. Een derde, identieke munitiebunker bevindt zich buiten beeld bij A. D is de remise uit 1896.

De Kustbatterijen Diemerdam en Durgerdam kwamen in 1889 gereed [3]. Ze kregen elk drie vast opgestelde 24 cm L/35 kanonnen (opm. b). Wegens het gereed komen van Fort Pampus eind 1892 werden de drie 24 cm L/35 kanonnen van Diemerdam al in 1895 verplaatst naar het Fort Erfprins bij den Helder. Ze werden in Diemerdam vervangen door drie mobiele 15 cm L/24 kanonnen. Ook bij de Kustbatterij Durgerdam gingen de 24 cm L/35 kanonnen naar Fort Erfprins en  kwamen er mobiele 15 cm L/24 kanonnen voor in de plaats, maar dat gebeurde pas in 1904 [1].

Op de mobiele kanonnen wordt nog teruggekomen; nu eerst gaat de aandacht uit naar de oorspronkelijke 24 cm L/35 kanonnen.

Van het relatief korte verblijf van de 24 cm L/35 kanonnen in Diemerdam zijn geen foto’s beschikbaar, maar wel van het latere en veel langere verblijf in Fort Erfprins:

 

24 cm L/35 kanon opgesteld bij Fort Erfprins in 1940 (Collectie Nederlands Instituut voor Militaire Historie) →

 

Rond het kanon loopt smalspoor in de vorm van een cirkel. Er is een aftakking met een wissel naar een opening in de betonnen muur links. Hierlangs werd de munitie (granaten van 215 kilo) op een smalspoorwagentje aangevoerd. Rechts van de loop van het kanon staat een hijskraan op het afuit (het onderstel van het kanon) waarmee de granaten  op het afuit werden gehesen.

Het kanon kon in elke gewenste richting gedraaid worden; met andere woorden: het afuit kon 360° draaien. Om te zorgen dat het smalspoorwagentje steeds onder de met het afuit meedraaiende hijskraan geplaatst kon worden was het nodig dat er smalspoor in de vorm van een cirkel om het kanon lag.

Zo’n kanon zag er indrukwekkend uit, maar na het lossen van een schot duurde het 4 tot 5 minuten voordat het volgende schot gelost kon worden. In Fort Erfprins stonden zes kanonnen, zodat ongeveer elke minuut geschoten kon worden [4].

 

Nu duidelijk is dat er rondom het kanon smalspoor in de vorm van een cirkel lag, loont het de moeite om de Kustbatterij Diemerdam nog eens met Google Earth te bekijken, nu vanuit een andere richting:

↑ Kustbatterij Diemerdam op Google Earth

Er zijn veel gele plekken; kennelijk is de overvloedige begroeiing recent aangepakt. Hierdoor is het smalspoor goed te zien.

Op bovenstaande foto is smalspoor op betonnen banen te zien:

a)

Vanuit de munitiebunkers L en R loopt smalspoor naar de middelste geschutsopstelplaats en sluiten daar aan op een cirkel van smalspoor. Er is geen complete cirkel te zien. Dat zal door de resterende begroeiing komen. Vanuit munitiebunker L is ook het begin te zien van een betonbaan naar de linkse geschutsopstelplaats. Vanwege de symmetrische situering van de munitiebunkers L en R ligt het voor de hand dat er vanuit munitiebunker R ook smalspoor naar de rechtse geschutsopstelplaats loopt, maar vanwege de sterke begroeiing is dat niet via de foto vast te stellen. Maar er zijn andere bronnen: op OpenStreetMap is onder andere dit stuk spoor ingetekend. Zie hier. Verder is er ook aan deze kant een opening voor het smalspoor in de zijmuur van de munitiebunker:

 

 

Met de rug gekeerd naar de deur van munitiebunker R maakte Jan Groen in september 2007 deze foto. Beeldbank Historische Kring Diemen

 

In beide zijmuren zit een stuk boven de vloer een opening voor het smalspoor. Deze openingen zijn met rood omkaderd. Vermoedelijk heeft er een werkbank voor gestaan.

Na 2007 zijn in deze munitiebunker grote foto’s opgehangen [3].

 

 

 

De linker opening voor het smalspoor in de bovenstaande foto:

 

Foto d.d. september 2007

Beeldbank Historische Kring Diemen

 

Men kijkt door de opening tegen de broekspijpen van enkele bezoekers.

De opening was aan de buitenzijde afgesloten met een ijzeren luik. Via de spoorwijdte (300 mm) kan men afschatten dat de opening voor het smalspoor circa een halve meter hoog is en dat beladen munitiewagentjes dus minder dan een halve meter hoog moesten zijn.

 

b)

Vanuit de munitiebunker A loopt smalspoor naar de rechtse geschutsopstelplaats. Kennelijk wordt dit spoor het beste vrij gehouden van begroeiing, want er zijn relatief veel foto’s van. Dit “smalspoorbaantje” is het meest intacte van de Stelling van Amsterdam [13].

 

Munitiebunker A heeft ongeveer hetzelfde model als de munitiebunkers L en R, maar de openingen in de zijwanden voor het smalspoor ontbreken. In plaats daarvan loopt het smalspoor door de deuropening:

 

← Foto Tijmen Stam, 18-07-2021

 

Het smalspoor loopt aan de andere kant van de deur door tot achterin de munitiebunker [15].

Voor de deur staat een fantasiemodel van een munitiewagentje. Op de bovenkant staat “Munitie Magazijn”. Zoals ook blijkt uit de openingen voor het smalspoor in de andere munitiebunkers was een munitiewagentje laag en wel zo laag dat het duwen ervan erg vermoeiend moet zijn geweest. Mogelijk werd een munitiewagentje daarom aan een stang of touw of ketting voort getrokken.

 

In [3] staat een foto van een munitiewagentje. Die foto lijkt echter niet in Diemerdam te zijn genomen. Op die foto vervoert een munitiewagentje één granaat van 215 kilo. Ook in [4, pagina Fort_Erfprins] wordt dit gewicht van 215 kilo genoemd.

Het grote gewicht van de granaten zal een reden zijn waarom smalspoor voor hun transport werd gebruikt. De vervanging van de kanonnen met een kaliber van 24 cm door kanonnen met een kaliber van 15 cm betekende uiteraard dat er andere en lichtere granaten werden gebruikt. Er konden met de 15 cm L/24 kanonnen verschillende soorten granaten worden verschoten. Deze wogen slechts 30,5 tot 31,6 kilo [4, pagina Stuk_15-lang-staal].

Het is onduidelijk of de munitiebunkers en het smalspoor ook voor deze lichtere granaten gebruikt zijn. In 1896 werd een nieuw (en nog bestaand) munitiegebouw gebouwd. Voor zover bekend was dit niet op het smalspoor aangesloten.

 

 

Zoals deze foto illustreert is de spoorwijdte van 300 mm – zelfs voor smalspoor – wel heel erg smal.

 

Foto Tijmen Stam, 18-07-2021→

 

Verder illustreert de foto dat het smalspoor in beton is ingebed. Het is dus permanent smalspoor. Omdat het smalspoor in beton was ingebed, was het lastig te verwijderen toen het niet meer gebruikt werd en is het blijven liggen.

 

 

De drie mobiele 15 cm L/24 kanonnen stonden normaliter in de in 1896 gebouwde remise. Het fort werd dan alleen door een fortwachter (voor de bewaking) en een “conducteur” (voor het onderhoud) bemand. Deze functionarissen woonden met hun gezinnen in huizen in het fort.

Alleen bij oefeningen en mobilisatie werden de mobiele kanonnen naar de geschutsopstelplaatsen gebracht. Voor het transport van mobiele kanonnen werd soms smalspoor gebruikt:

 

Militaire oefening in de Diemerdammer Polder, 14 juli 1895. Foto Jacob Olie, Beeldbank Stadsarchief Amsterdam →

 

Het kanon is geplaatst op twee tweeassige lorries. Het smalspoor zal een spoorwijdte van 600 of 700 mm hebben. De foto is wel nabij maar niet in het Fort Diemerdam genomen (fotograferen was daar verboden). Het is goed denkbaar dat de mobiele kanonnen daar op dezelfde manier van de remise naar de geschutsopstelplaatsen gebracht werden.

Conclusies zijn:

1.     De Kustbatterij Diemerdam biedt een voorbeeld van munitietransport per permanent smalspoor, met een spoorwijdte van slechts 300 mm.

2.     Waarschijnlijk is dit smalspoor alleen tussen 1889 en 1895 gebruikt.

3.     De Kustbatterij Durgerdam en het fort Erfprins bij Den Helder hadden hetzelfde smalspoor.

Opmerkingen

a)

“Fort aan het Pampus” was de gebruikelijke aanduiding ten tijde van de bouw en de jaren daarna. Later sprak men van Fort Pampus of Forteiland Pampus.

b)

De betekenis van 24 cm L/35 is als volgt [4]:

24 cm is het kaliber (de diameter van de granaat). L/35 geeft de lengte van de loop aan in verhouding tot het kaliber. De looplengte was dus 35 x 24 cm is 8,4 meter. 

De kanonnen werden hoogst waarschijnlijk door Krupp geleverd. Gruson bouwde zelf wel kanonnen, maar niet zulke zware als op Pampus werden opgesteld.

c)

Hermann Gruson legde zich toe op hardgegoten gietijzer (Hartguss). Dit materiaal had een hoge weerstand tegen slijtage en bleek zeer geschikt voor granaten, kanonnen en rails.

In 1886 werd het bedrijf een NV en in 1893 werd het overgenomen door Friedrich Krupp AG [4].

d)

De tekst in [6] slaat op de beweegbare Gruson kraan op de Handelskade. Daarom is het woord spoorbaan op deze webpagina  vervangen door pantserkoepels.

e)

Met de spanning van de kraan wordt bedoeld de door de kraan overspannen afstand.

f)

Tegenwoordig zou men van een loopkat spreken. Kennelijk wordt die door de man op de lorrie met handkracht bewogen.

g)

Met draaischijf wordt bedoeld een handwiel (het gaat dus niet om de betekenis die draaischijf in de spoortechniek heeft).

h)

In die tijd was het hydraulisch medium doorgaans water, bijvoorbeeld voor hijskranen in de havens van Amsterdam, Rotterdam en Antwerpen.

Met dank aan:

Tijmen Stam en de Historische Kring Diemen.

 

 

Referenties:

[1]

Website de Stelling van Amsterdam

[2]

Website Forten Info

[3]

Website Rondomkijken

[4]

Wikipedia

[5]

met de zoekterm Fort Pampus op Delpher.

[6]

Algemeen Handelsblad d.d. 18-08-1891.

[7]

a) Alkmaarsche Courant d.d 17-11-1880

b) Middelburgsche Courant | 1882 | 14-02-1882.

[8]

De Tijd d.d. 07-09-1891.

[9]

a) Nederlandsche staatscourant  d.d. 25-03-1891

b) Algemeen Handelsblad 08-04-1891.

[10]

Dagblad van Zuidholland en ’s Gravenhage d.d. 26-09-1892.

[11]

Algemeen Handelsblad d.d. 15-09-1891.

[12]

Het nieuwsblad voor Nederland  d.d. 07-07-1892.

[13]

Stadsherstel Amsterdam over Fort Diemerdam

[14]

Sophia Zürcher, Het Parool 29-08-2018.

[15]

Informatie van Tijmen Stam.

 

 

{

Eigenaren               

Terug/verder naar:

 

Nieuw                      Home                      Inhoud